4
Kies het aantal intervallen.
Druk op 4 of 2 om het aantal intervallen te
markeren (d.w.z. het aantal keren dat de
camera fotografeert); druk op 1 of 3 om te
wijzigen. Druk op 2 om door te gaan.
5
Start het fotograferen.
Markeer Aan en druk op J (markeer Uit en
druk op J om naar het opnamemenu terug te
keren zonder de intervaltimer te starten). De
eerste serie opnamen wordt op de
gespecificeerde starttijd vastgelegd, of na circa
3 sec. als Nu werd geselecteerd voor Starttijd kiezen in stap 2. De opname wordt
voortgezet met het geselecteerde interval tot alle opnamen werden vastgelegd.
Omdat de sluitertijd en de benodigde tijd voor het vastleggen van het beeld op de
geheugenkaart per opname verschillen, kunnen intervallen worden overgeslagen
als de camera nog steeds bezig is met het vastleggen van het vorige interval. Als het
fotograferen niet kan worden voortgezet bij de huidige instellingen (als
bijvoorbeeld "Bulb" als sluitertijd is geselecteerd in de opnamestand M of de
starttijd begint in minder dan een minuut), dan wordt een waarschuwing in de
monitor weergegeven.
A
De zoeker afdekken
Verwijder de rubberen oogschelp en bedek de zoeker met het meegeleverde DK-5 oculairkapje
om te voorkomen dat via de zoeker binnenkomend licht de opname hindert (0 29).
A
Overige instellingen
Instelling kunnen niet worden aangepast tijdens intervalfotografie. Ongeacht de geselecteerde
ontspanstand, maakt de camera één foto bij elk interval; in de stand J wordt cameraruis
verminderd. Bracketing, meervoudige belichting en hoog dynamisch bereik (HDR) kunnen niet
worden gebruikt.
A
Intervalfotografie onderbreken
Zet de camera uit of draai de standknop naar een nieuwe instelling om intervalfotografie te
onderbreken. De monitor terugzetten naar de opbergstand zorgt niet voor onderbreking van
intervalfotografie.
z
41