Houd bij het leggen van kabels rekening met de volgende punten:
-
-
-
-
-
-
-
-
Automatische
Stroomschema's
noodstroomom-
Automatische noodstroomomschakeling 2-polige dubbele scheiding met exter-
schakeling 2-po-
ne NA-beveiliging, bv. Italië
lige dubbele
scheiding met
Bekabeling van noodstroomkring en niet-noodstroomkringen:
externe NA-be-
veiliging, bijv.
BELANGRIJK!
Italië
Voor deze schakelvariant moet de Fronius Smart Meter US-240 worden gebruikt.
De noodstroomkringen en de niet-noodstroomkringen moeten afzonderlijk van
elkaar worden beveiligd in overeenstemming met de vereiste veiligheidsmaatre-
gelen (aardlekschakelaar, automatische zekering enz.).
In noodstroombedrijf zijn alleen de noodstroomkringen door de beveiligingen K1
en K2 van het stroomnetwerk gescheiden en wordt een aardverbinding tot stand
gebracht. De rest van het thuisnet wordt in dit geval niet van stroom voorzien.
92
De hoofdcontacten van de beveiligingen K1 moeten tussen de Fronius Smart
Meter en de aardlekschakelaar van de omvormer of de aardlekschakelaar van
de noodstroomkringen worden geïnstalleerd.
De voedingsspanning voor de beveiliging K1 wordt door het openbare
stroomnetwerk geleverd en moet na de Fronius Smart Meter op fase 1 (L1)
worden aangesloten en dienovereenkomstig worden beveiligd.
Om de functie van aardlekschakelaars in noodstroombedrijf te garanderen,
moet de verbinding tussen de neutrale draad en de randaarde zo dicht moge-
lijk bij de omvormer tot stand worden gebracht, maar in ieder geval vóór de
eerste aardlekschakelaar. Hiertoe wordt een opencontact van de hoofdcon-
tacten van de beveiligingen K4 en K5 gebruikt. Op deze manier wordt de
aardverbinding tot stand gebracht zodra het openbare stroomnetwerk niet
meer beschikbaar is.
Net als bij schakelaar K1 wordt de voedingsspanning voor de beveiligingen
K4 en K5 geleverd via fase 1 (L1) van het openbare stroomnetwerk.
De voedingsspanning van de beveiligingen K1, K4 en K5 wordt via een open-
contact van relais K3 onderbroken. Zo wordt voorkomen dat de aardverbin-
ding niet onmiddellijk wordt verbroken wanneer het openbare stroomnet-
werk weer beschikbaar is en het noodstroomnet van de omvormer naar het
openbare stroomnetwerk wordt omgeschakeld.
Het sluitcontact van relais K3 geeft de omvormer feedback dat relais K3 de
vergrendeling heeft uitgevoerd.
Na de hoofdcontacten van K1 kunnen extra omvormers of andere wissel-
stroombronnen in de noodstroomkring worden geïnstalleerd. De bronnen
worden niet met het stroomnetwerk van de omvormer gesynchroniseerd, om-
dat dit noodstroomnet een frequentie van 53 Hz heeft.
Voor Groot-Brittannië is een Fronius Smart Meter met stroomtransformator
vereist (bijv. Fronius Smart Meter 50kA-3 of Fronius Smart Meter TS 5kA-3).
op pagina 217.