Overgang van
1.
noodstroombe-
drijf naar terug-
2.
leveringsmodus
3.
4.
5.
6.
7.
8.
52
De inverter werkt in noodstroombedrijf. De beveiligingen K1 en K2 voor het
openbare stroomnetwerk zijn open.
Het openbare stroomnetwerk is weer beschikbaar.
De Fronius Smart Meter meet de netparameters van het openbare stroom-
netwerk en geeft deze informatie aan de inverter door.
De stabiliteit van het weer functionerende openbare stroomnetwerk wordt
vastgesteld door de meetwaarden van de Fronius Smart Meter te controle-
ren.
De inverter beëindigt het noodstroombedrijf op basis van de uitgevoerde in-
stellingen en schakelt de uitgangen spanningsvrij.
De inverter annuleert de aansturing van K3. De beveiligingen K1, K2, K4 en
K5 worden weer van stroom voorzien.
Alle stroomkringen zijn weer op het openbare stroomnetwerk aangesloten en
worden door het stroomnetwerk van stroom voorzien. De inverter levert niet
aan het stroomnetwerk terug.
De inverter kan na de normatief vereiste stroomnetwerkcontroles weer met
de terugleveringsmodus starten.