Melodiegeheugenfunctie
Weergeven van het melodiegeheugen
Nadat u sporen opgenomen heeft bij het geheugen kunt u ze
weergegeven om te horen hoe ze klinken.
Van het melodiegeheugen weergeven
1
Gebruik de SONG MEMORY toets om de
weergavestandbyfunctie in te schakelen en gebruik
dan de cijfertoetsen om een melodienummer (0 tot
en met 4) te selecteren.
Melodienummer
P l a
• Het bovenstaande melodienummerscherm blijft
gedurende ongeveer vijf seconden in de display. Als
het scherm verdwijnt voordat u de kans had om een
melodienummer te selecteren, gebruik dan de [ ]
CURSOR toets om het scherm opnieuw te verkrijgen.
2
Druk op de START/STOP toets om de melodie weer
te geven die u ingesteld heeft.
• U kunt de TEMPO toetsen gebruiken om het
weergavetempo bij te regelen.
• Druk nogmaals op de START/STOP toets om de
weergave te stoppen.
OPMERKING
• U kunt meespelen op het toetsenbord en lagen (pagina
D-65) en splitsing (pagina D-66) gebruiken tijdens de
weergave.
• Als de START/STOP toets wordt ingedrukt om weergave
te starten van het melodiegeheugen, dan begint de
weergave altijd vanaf het begin van de melodie.
• Het
gehele
toetsenbord
melodietoetsenbord, ongeacht de instelling van de
MODE toets.
Uitschakelen van een bepaald spoor
Druk op de SONG MEMORY TRACK toetsen van het spoor
dat u wilt uitschakelen of gebruik de mixer (pagina D-40)
om het kanaal van het spoor uit te schakelen.
D-56
Weergavestandby
y
fungeert
als
Opnemen van de melodie en
akkoorden met stapopname
Met stapopname kunt u automatische begeleidings
akkoorden en -noten opnemen en zelfs noten stuk voor stuk
instellen. Zelfs diegenen die het moeilijk vinden mee te spelen
met automatische begeleiding kunnen automatische
begeleidingen zelf creëren, gebaseerd op hun eigen originele
akkoordprogressies. Hieronder volgt het type data dat op de
sporen 1 - 6 kan worden opgenomen.
Spoor 1: Akkoorden en automatische begeleiding
Sporen 2 – 6: Drummen
Neem bij stapopname eerst de akkoorden en automatische
begeleiding op in spoor 1. Neem vervolgens de melodie op
de sporen 2 - 6 op.
OPMERKING
• Gebruik de procedure onder "Om de sporen 2 en 6 op
te nemen m.b.v. stapopname" op pagina D-59 voor
details hoe u op de sporen 2 – 6 kunt opnemen.
een
738A-D-058A