Waarschuwing
Code Storing
W23
Langer dan 20 mi-
nuten geen elektro-
destroom
W24
Elektrodestroom te
hoog ten opzichte
van de stoomvraag
W25
Max. toegestane
elektrodestroom
overschreden
–––
–––
W27
Schuimdetectie
W28
Stoomcilinder heeft
onderhoud nodig
W29
Stoomcilinder heeft
onderhoud nodig
W36
Standby spuien van
stoomcilinder actief
W37
Geforceerd spuien
van stoomcilinder
actief
72
Oplossen van storingen
Fout
Code Storing
E23
Langer dan 4 uur
geen elektrode-
stroom
E24
Elektrodestroom te
hoog ten opzichte
van de stoomvraag
E25
Max. toegestane
elektrodestroom
overschreden
E26
Hoofdrelais is ge-
blokkeerd
E27
Schuimdetectie (4 x
automatisch spuien
in 24 uur)
E28
Serviceperiode voor
stoomcilinder over-
schreden
E29
Max. bedrijfsuren
van de stoomcilin-
der bereikt
–––
–––
–––
–––
Oorzaak
Fase voedingsspanning ontbreekt.
Watertoevoer verstopt/afsluitklep
gesloten/te lage waterdruk.
Toevoerklep geblokkeerd of defect.
Veel te hoge tegendruk in de
stoomleiding (kanaaldruk te hoog,
stoomleiding te lang of geknikt),
veroorzaakt waterverlies via vul-
beker.
Lekkage in het watersysteem.
Bevochtigingsvraag is te snel afge-
nomen.
Spuiklep defect.
Spuifilter in de uittredeopening van
de stoomcilinder is verstopt.
De waterconductiviteit is te hoog voor
dit type stoomcilinder.
Spuiklep defect.
Spuifilter in de uittredeopening van
de stoomcilinder is verstopt.
De waterconductiviteit is te hoog voor
dit type stoomcilinder.
Hoofdrelais staat geblokkeerd in de
actieve positie.
Schuimvorming in stoomcilinder.
Afzetting en/of max. gebruiksduur
elektroden bereikt.
Maximum bedrijfsuren van de
stoomcilinder bereikt.
Automatisch standby spuien van
stoomcilinder actief.
Geforceerd spuien van stoomcilin-
der actief.
Oplossing
Controleer serviceschakelaar in
de elektrische voeding en schakel
deze zo nodig aan. Controleer
hoofdzekering(en) en vervang zo
nodig.
Inspecteer watertoevoer (filter,
water leiding, etc.), controleer/open
afsluitklep, controleer waterdruk.
Inspecteer het filter in de toevoer-
klep, reinig zo nodig het filter, of
vervang toevoerklep.
Controleer kanaaldruk, inspecteer
stoominstallatie. Installeer zo nodig
een drukcompensatie set (zie
opties).
Inspecteer watersysteem en dicht
het lek zo nodig.
Automatische aanpassing van het
bedrijfspunt.
Inspecteer de spuiklep en vervang
deze zo nodig.
Reinig het spuifilter (zie hoofdstuk
7.3.1
en
hoofdstuk
7.4) of vervang
de stoomcilinder.
Selecteer het juiste type stoomci-
linder.
Inspecteer de spuiklep en vervang
deze zo nodig.
Reinig het spuifilter (zie hoofdstuk
7.3.1
en
hoofdstuk
7.4) of vervang
de stoomcilinder.
Selecteer het juiste type stoomci-
linder.
Inspecteer het hoofdrelais en ver-
vang deze zo nodig.
Ledig stoomcilinder via spuitoets
(zo nodig meerdere keren). Contro-
leer kwaliteit van het toevoerwater.
Vervang stoomcilinder.
Belangrijk: Nadat de stoomcilinder
is vervangen moet de onder-
houdsteller worden gereset (zie
hoofdstuk
7.6).
Vervang stoomcilinder.
Belangrijk: Nadat de stoomcilinder
is vervangen moet de onder-
houdsteller worden gereset (zie
hoofdstuk
7.6).
Geen actie nodig.
Geen actie nodig.