Programmering
7.8 Ruimtetemperatuur-
instelwaarden
30
Opmerking: De vakantieprogramma's zijn enkel actief in de bedrijfsmodus "Auto-
matisch".
De ruimtetemperatuur-instelwaarden voor de comfort-instelwaarde, de gereduce-
erde instelwaarde (verlaging van de ruimtetemperatuur in de nevengebruikstijden
zoals bijv. 's nachts of bij afwezigheid) en voor de vorstbeschermingsinstelwaarde
(voorkomen van te sterke verlaging van de ruimtetemperatuur) kunnen onafhan-
kelijk voor de verwarmingscircuits worden ingesteld.
Ruimtetemperatuur-instelwaarden instellen
1.
De toets OK indrukken
=> Er verschijnt de melding eindgebruiker
2. Aan draaiknop naar keuze Verw groep 1 tot Verw groep 3 oproepen
3. De toets OK indrukken
4. Aan draaiknop Gew wrde comfort oproepen (prog.-nr. 710, 1010, 1310)
5. De toets OK indrukken
6. Gewenste waarde comfort instellen
7. De toets OK indrukken
8. Aan draaiknop Gew wrde gereduceerd oproepen (prog.-nr. 712, 1012, 1312)
9. De toets OK indrukken
10. Gewenste waarde gereduceerd instellen
11. De toets OK indrukken
12. Aan draaiknop Gewenste wrde vorst oproepen (prog.-nr. 714, 1014, 1314)
13. De toets OK indrukken
14. Gewenste waarde vorst instellen
15. De toets OK indrukken
16. De beëindiging van de programmering gebeurt door het drukken op de be-
drijfstmodustoets verwarmingsbedrijf.
TrioCondens BGB 15-28 E
304659 02.11