Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Optionele Systeemthermostaat In Gebruik Nemen; Aanpassing Aan De Cv-Installatie; Cv-Installatie Configureren; Totale Drukverliezen Van Het Product, Afgiftecircuit - Vaillant uniTOWER plus Gebruiksaanwijzing

Verberg thumbnails Zie ook voor uniTOWER plus:
Inhoudsopgave

Advertenties

9 Aanpassing aan de CV-installatie

VIH QW 190/6
De afwerklaagdroging is met dit product zonder elektrische
hulpverwarming alleen mogelijk, wanneer de retourtempera-
tuur hoger ligt dan 10 °C. Dat komt overeen met een buiten-
temperatuur van ongeveer +5 °C. Bij buitentemperaturen on-
der +5 °C bestaat het gevaar, voor toenemende ijsvorming
op de lamellenwarmtewisselaar.
Als de vloerdroogfunctie geactiveerd is, dan zijn alle geko-
zen modi onderbroken. De functie regelt de aanvoertempe-
ratuur van het geregelde CV-circuit onafhankelijk van de bui-
tentemperatuur volgens een tevoren ingesteld programma.
Het display geeft de gewenste aanvoertemperatuur aan. De
lopende dag kunt u handmatig instellen.
Dagen na de start van de
functie
1
2
3
4
5
6 - 12
13
14
15
16
17 - 23
24
25
26
27
28
29
De dagwisseling is altijd om 24:00 uur, ongeacht wanneer u
de functie start.
Na net-uit/net-aan start de vloerdroogfunctie met de laatste
actieve dag.
De functie eindigt automatisch als de laatste dag van het
temperatuurprofiel afgelopen is (dag = 29) of als u de start-
dag op 0 zet (dag = 0).
8.17
Optionele systeemthermostaat in gebruik
nemen
Volgende werkzaamheden voor de ingebruikneming van het
systeem werden uitgevoerd:
De montage en elektrische installatie van de systeem-
thermostaat en van de buitentemperatuursensor is afge-
sloten.
De ingebruikneming van alle systeemcomponenten (be-
halve systeemthermostaat) is afgesloten.
Volg de installatieassistent en de gebruikers- en installatie-
handleiding van de systeemthermostaat.
36
Gewenste aanvoertempera-
tuur voor deze dag [°C]
25
30
35
40
45
45
40
35
30
25
10 (Functie vorstbescherming,
pomp in bedrijf)
30
35
40
45
35
25
9
Aanpassing aan de CV-installatie
9.1

CV-installatie configureren

Om de door de warmtepomp gegenereerde waterdoorstro-
ming aan de betreffende installatie aan te passen, kan de
maximaal beschikbare restopvoerhoogte van de warmte-
pomp in de CV- en warmwaterfunctie worden ingesteld en
ook het vermogen van de afgiftepomp voor verwarmen, koe-
len en warm water.
Omdat de warmtepompinstallatie in automatisch bedrijf de
afgiftepomp op de nominale doorstroming regelt, stelt u deze
parameter alleen indien nodig is.
Deze parameters kunnen worden opgeroepen via Menu →
Installateurniveau → Toestel configuratie.
Het instelbereik van de restopvoerhoogte ligt tussen 20 kPa
(200 mbar) en 90 kPa (900 mbar). De warmtepomp werkt
optimaal, als door de instelling van de beschikbare druk de
nominale doorstroming bereikt kan worden (Delta T = 5 K).
9.2
Totale drukverliezen van het product,
afgiftecircuit
B
60
40
20
1000
0
A
Doorstroming in het
afgiftecircuit (l/h)
9.3
Totale drukverliezen van het product, warm
water
B
60
40
20
1000
0
A
Doorstroming in het
warmwatercircuit (l/h)
Installatie- en onderhoudshandleiding uniTOWER plus 0020291517_01
2000
A
B
Drukverlies (kPa)
2000
A
B
Drukverlies (kPa)

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Unitower plus vih qw 190/6 e

Inhoudsopgave