OPHELDEREN
Brengt het onderwerp helderder in beeld bij opnamen op donkere plaatsen.
Instelling
UIT
Deactiveert de functie.
AAN
Maakt de scène elektrisch helderder wanneer het
donker is.
AUTO TRAGE
Maakt de scène automatisch helderder wanneer
SLUITER
het donker is.
OPMERKING :
Hoewel "AUTO TRAGE SLUITER" de scène helderder maakt dan "AAN"
0
, kunnen de bewegingen van het onderwerp onnatuurlijk worden.
Het item weergeven
OPMERKING :
Om de cursor naar boven/links of beneden/rechts te bewegen drukt u op de
knop UP/< of DOWN/>.
1
Druk op MENU.
2
Selecteer "OPHELDEREN" en druk op OK.
Nadere bijzonderheden
WINDFILTER
Onderdrukt windruis.
Instelling
UIT
Deactiveert de functie.
AAN
Schakelt de functie in.
Het item weergeven
OPMERKING :
Om de cursor naar boven/links of beneden/rechts te bewegen drukt u op de
knop UP/< of DOWN/>.
1
Druk op MENU.
2
Selecteer "WINDFILTER" en druk op OK.
TIMELAPSE OPNAME
Hiermee kunnen de veranderingen in een scène die zich langzaam
voordoen over een lange periode worden weergegeven in een korte periode
door op bepaalde intervallen beelden ervan te gebruiken.
Dit is nuttig voor waarnemingen zoals het openen van een bloemknop.
Bedieningsinformatie
"Met tussenpozen opnemen (TIMELAPSE OPNAME)" (A pag. 34)
AUTO OPNAME
Start/stopt het automatisch opnemen als het binnen het rode frame dat wordt
weergegeven op de LCD-monitor veranderingen detecteert in de
bewegingen (helderheid) van het onderwerp.
Bedieningsinformatie
"Automatisch opnemen bij detectie van bewegingen (AUTO OPNAME)"
(A pag. 35)
Menu-instellingen
Nadere bijzonderheden
57