b Effectweergave
Toont de naam van het effect, BPM, effectparameter, enz.
c Toetsen BEAT c, d
Enkel drukken hier op:
Bepaal de beatfractie voor het synchroniseren van het effectgeluid.
Druk op [SHIFT] + [BEAT c]:
Stelt de stand in voor automatische meting van de BPM van het ingevoerde
audiosignaal.
Druk op [SHIFT] + [BEAT d]:
Stelt de stand in voor handmatige invoer van de BPM.
d BEAT FX SELECT-regelaar
Instelling van het type BEAT FX.
e BEAT FX CH SELECT-regelaar
Schakelt het kanaal om waarop het BEAT FX zal worden toegepast.
f BEAT FX LEVEL/DEPTH-regelaar
Regelt de kwantitatieve parameter van BEAT FX.
g Toets BEAT FX ON/OFF
Enkel drukken hier op:
Zet BEAT FX aan en uit.
[SHIFT] + drukken:
Zet rekordbox Release FX aan.
= Gebruik van de BEAT FX-functie (blz.68 )
h Hoofdtelefoon CUE knop
Enkel drukken hier op:
Hiermee stuurt u het geluid van de kanalen waarvoor deze toets wordt
ingedrukt naar de hoofdtelefoon.
[SHIFT] + drukken:
Het tempo voor elk deck kan worden ingesteld door op deze toets te tikken.
(tikfunctie)
Overzicht van de bedieningstoetsen
28
28