Figuur 10
1. Peilstok
4. Plaats de peilstok weer stevig op zijn plaats.
Belangrijk: De peilstok moet volledig
in de vulbuis zitten zodat het carter goed
is afgesloten. Als het carter niet goed is
afgesloten, kan de motor schade oplopen.
5. Draai de stoel omlaag.
Belangrijk: Controleer het oliepeil om de
8 bedrijfsuren of dagelijks. De olie moet na
de eerste acht bedrijfsuren worden ververst;
daarna moet u in normale omstandigheden
om de 50 bedrijfsuren de olie verversen en
het filter vervangen. De olie moet echter
vaker worden vervangen als de machine in
buitensporig stoffige of vuile omstandigheden
wordt gebruikt.
Brandstoftank vullen
Gebruik loodvrije, normale benzine voor auto's
(octaangetal minimaal 87). Gelode normale benzine kan
worden gebruikt als loodvrije benzine niet verkrijgbaar
is.
De inhoud van de brandstoftank is ongeveer 16,1 liter.
2. Olievuldop
GEVAAR
In bepaalde omstandigheden is benzine uiterst
ontvlambaar en zeer explosief. Brand of explosie
van benzine kan brandwonden bij u of anderen en
materiële schade veroorzaken.
• Vul de brandstoftank in de open lucht wanneer
de motor koud is. Eventueel gemorste benzine
opnemen.
• Vul de brandstoftank nooit als de machine op
een aanhanger in een afgesloten ruimte staat.
• Vul de brandstoftank niet helemaal. Vul de
benzinetank tot 25 mm vanaf de onderkant
van de vulbuis. Deze ruimte in de tank geeft
benzine de kans om uit te zetten.
• Rook nooit wanneer u met benzine bezig bent,
en houd de brandstof weg van open vuur of
vonken.
• Bewaar benzine in een goedgekeurd vat of blik
en buiten bereik van kinderen. Koop nooit
meer benzine dan u in 30 dagen kunt opmaken.
• Gebruik de machine uitsluitend als het
complete uitlaatsysteem is gemonteerd en naar
behoren werkt.
GEVAAR
In bepaalde omstandigheden kan tijdens het
tanken statische elektriciteit worden ontladen
waardoor vonken ontstaan die benzinedampen tot
ontbranding kunnen brengen. Brand of explosie
van benzine kan brandwonden bij u of anderen en
materiële schade veroorzaken.
• Zet benzinevaten altijd op de grond en uit de
buurt van het voertuig voordat u de tank bijvult.
• Vul benzinevaten niet in een vrachtwagen
of aanhanger, omdat bekleding of kunststof
beplating het vat kan isoleren, waardoor de
afvoer van statische lading wordt bemoeilijkt.
• Als het praktisch mogelijk is, kunt u het beste
een machine met een benzinemotor eerst van de
vrachtwagen of aanhanger halen en bijtanken
als de machine met de wielen op de grond staat.
• Als dit niet mogelijk is, verdient het de voorkeur
dergelijke machines op een truck of aanhanger
bij te vullen uit een draagbaar vat, niet met
behulp van een vulpistool van een pomp.
• Als u een vulpistool moet gebruiken, dient u de
vulpijp voortdurend in contact met de rand van
de brandstoftank of de opening van het vat te
houden, totdat u klaar bent met bijvullen.
16