Problemen en oplossingen
Probleem
Probleem
Er is geen gezicht gede-
Er is geen gezicht gede-
tecteerd.
tecteerd.
Er is een verkeerd onderwerp
Er is een verkeerd onderwerp
geselecteerd.
geselecteerd.
De fl itser fl itst niet.
De fl itser fl itst niet.
Sommige fl itsstanden zijn
Sommige fl itsstanden zijn
niet beschikbaar.
niet beschikbaar.
Het onderwerp wordt niet
Het onderwerp wordt niet
volledig door de fl itser
volledig door de fl itser
verlicht.
verlicht.
De foto's zijn onscherp.
De foto's zijn onscherp.
De foto's hebben spikkels.
De foto's hebben spikkels.
122
• • Het gezicht van het onderwerp wordt afgedekt door een zonnebril, een hoed, lang haar of andere voorwerpen
Het gezicht van het onderwerp wordt afgedekt door een zonnebril, een hoed, lang haar of andere voorwerpen: Verwijder
de belemmeringen.
de belemmeringen.
• • Het gezicht van het onderwerp beslaat slechts een klein deel van het beeld
Het gezicht van het onderwerp beslaat slechts een klein deel van het beeld: Wijzig de compositie zodat het gezicht van
het onderwerp een groter deel van het beeld beslaat (P
het onderwerp een groter deel van het beeld beslaat (
• • Het onderwerp houdt het hoofd schuin of horizontaal
Het onderwerp houdt het hoofd schuin of horizontaal: Vraag het onderwerp het hoofd recht te houden.
• • De camera wordt schuin gehouden
De camera wordt schuin gehouden: Houd de camera recht (
• • Het gezicht van het onderwerp is onderbelicht
Het gezicht van het onderwerp is onderbelicht: Fotografeer bij helder licht.
Het geselecteerde onderwerp is dichter bij het midden van het beeld dan het hoofdonderwerp. Pas de compositie van
Het geselecteerde onderwerp is dichter bij het midden van het beeld dan het hoofdonderwerp. Pas de compositie van
de foto aan of schakel gezichtsdetectie uit en kadreer de foto met behulp van scherpstelvergrendeling (
de foto aan of schakel gezichtsdetectie uit en kadreer de foto met behulp van scherpstelvergrendeling (P
• • De fl itser kan niet worden gebruikt bij de huidige instellingen
De fl itser kan niet worden gebruikt bij de huidige instellingen: Zie de lijst met instellingen die met de fl itser kunnen
P 137).
worden gebruikt (
worden gebruikt (P
137).
• • De fl itser is omlaag
De fl itser is omlaag: Zet de fl itser omhoog (
: Zet de fl itser omhoog (P
• • De batterij is leeg
De batterij is leeg: Laad de batterij op (
: Laad de batterij op (P
• • De camera bevindt zich in de stand bracketing of continu
De camera bevindt zich in de stand bracketing of continu: Selecteer de enkele-fotostand (
is geselecteerd voor o
o GELUID & FLITS
• • UIT
UIT is geselecteerd voor
GELUID & FLITS: Selecteer
is geselecteerd voor o
o GELUID & FLITS
UIT is geselecteerd voor
UIT
GELUID & FLITS. Selecteer
• • Het onderwerp bevindt zich buiten het bereik van de fl itser
Het onderwerp bevindt zich buiten het bereik van de fl itser: Plaats het onderwerp binnen het bereik van de fl itser
( ( P
P 133).
133).
• • Het venster van de fl itser wordt afgedekt
Het venster van de fl itser wordt afgedekt: Houd de camera op juiste wijze vast (
• • De sluitertijd is korter dan
De sluitertijd is korter dan
s s: Selecteer een langere sluitertijd (
/
• • De lens is vuil
De lens is vuil: Maak de lens schoon (
: Maak de lens schoon (P
• • De lens wordt geblokkeerd
De lens wordt geblokkeerd: Houd voorwerpen uit de buurt van de lens.
: Houd voorwerpen uit de buurt van de lens.
• • s
s verschijnt tijdens het fotograferen en het scherpstelframe wordt rood
verschijnt tijdens het fotograferen en het scherpstelframe wordt rood: Controleer de scherpstelling voordat u de
opname maakt (
opname maakt (P
P 28).
28).
• • De sluitertijd is lang en de omgevingstemperatuur is hoog
De sluitertijd is lang en de omgevingstemperatuur is hoog: Dit is normaal en duidt niet op een defect.
• • De camera werd lange tijd gebruikt bij hoge temperaturen of er wordt een temperatuurwaarschuwing weergegeven
De camera werd lange tijd gebruikt bij hoge temperaturen of er wordt een temperatuurwaarschuwing weergegeven: :
Schakel de camera uit en wacht tot hij is afgekoeld.
Schakel de camera uit en wacht tot hij is afgekoeld.
Oplossing
Oplossing
P 56).
56).
: Vraag het onderwerp het hoofd recht te houden.
P 28).
: Houd de camera recht (P
: Fotografeer bij helder licht.
: Zie de lijst met instellingen die met de fl itser kunnen
P 71).
71).
P 18) of plaats een volledig opgeladen reservebatterij (
18) of plaats een volledig opgeladen reservebatterij (P
: Selecteer de enkele-fotostand (P
: Selecteer AAN
AAN ( (P
. Selecteer AAN
AAN ( (P
: Plaats het onderwerp binnen het bereik van de fl itser
: Houd de camera op juiste wijze vast (P
: Selecteer een langere sluitertijd (P
P xi). xi).
: Dit is normaal en duidt niet op een defect.
: Wijzig de compositie zodat het gezicht van
28).
P 60).
60).
P 95).
95).
P 95).
95).
P 28).
28).
P 48, 50, 72).
48, 50, 72).
: Controleer de scherpstelling voordat u de
: Verwijder
P 56).
56).
P 14).
14).