Probleem
Controle
Bepaalde
• Hebt u op de computer
beelden in de
een beeldbestand een
beeldenlijst
naam gegeven of de naam
worden niet
gewijzigd?
weergegeven, of
niet afgedrukt
als deze wel
worden
weergegeven.
• Hebt u het aantal
exemplaren opgegeven in
de beeldenlijst?
• Bevat de geheugenkaart of
het externe apparaat 8 of
meer hiërarchieën?
De
• Hebt u de bestandsnaam
bestandsnaam
van het beeld op de
wordt niet
computer gewijzigd?
correct
weergegeven.
In het menu Edit
• Is het voorbeeld verticaal
wordt het
of horizontaal extreem
voorbeeld met
uitgerekt?
randen aan de
boven- en
onderkant
weergegeven.
Oorzaak/oplossingen
c Als u op de computer een
beeldbestand een naam geeft of de
naam wijzigt en de bestandsnaam
bevat andere tekens dan
alfanumerieke tekens, wordt de
bestandsnaam niet correct
weergegeven of wordt het beeld niet
weergegeven op de printer (leesfout).
c Hebt u beelden geselecteerd bij de
procedures van "Meerdere beelden
afdrukken", dan kunt u een beeld
waarop de cursor is geplaatst, niet
afdrukken. Druk op ENTER om het
beeld te selecteren en geef het aantal
exemplaren op. (.Lees dit eerst)
c Op de printer worden geen beelden
weergegeven die in een map van de 8ste
hiërarchie of hoger zijn opgeslagen.
c Als u op de computer een
beeldbestand een naam geeft of de
naam wijzigt en de bestandsnaam
bevat andere tekens dan
alfanumerieke tekens, wordt de
bestandsnaam wellicht niet correct
weergegeven. Als u een bestand hebt
gemaakt met een toepassing, worden
de eerste 8 tekens van de
bestandsnaam weergegeven als de
bestandsnaam.
c Als een beeld verticaal of horizontaal
extreem wordt uitgerekt, worden er
wellicht randen weergegeven in het
menu Edit.
c De standaard breedte/hoogte-
verhouding van een beeld dat is
opgenomen met een digitale camera,
is 3:4. Als een beeld wordt bewerkt of
afgedrukt in het formaat PD P (10x15),
wordt het beeld horizontaal als
afdrukbeeld opgeslagen en de boven-
en onderranden worden verwijderd
en zwart weergegeven.
NL
45