• Als een schijf onderdeel is van een AMD-RAID-array, kan de schijf niet worden geselecteerd om te
initialiseren. Als u de schijf toch wilt initialiseren, verwijdert u de AMD-RAID-array. De gegevens op
de schijf worden tijdens de initialisatie gewist. Zorg ervoor dat u de juiste schijven kiest om te
initialiseren.
• Een verouderde schijf kan geldige gegevens bevatten. Als een oude array wordt verwijderd, gaan
alle gegevens op de schijf verloren.
1. Open het menu RAIDXpert2 Configuration Utility. Selecteer met de pijltoetsen de optie Physical Disk
Management en druk op Enter.
2. Selecteer met de pijltoetsen de optie Select Physical Disk Operations en druk op Enter.
3. Selecteer met de pijltoetsen de optie Initialize Disk en druk op Enter.
4. Selecteer de schijven die u wilt initialiseren:
a. Selecteer met de pijltoetsen een schijf en druk op de spatiebalk of Enter. Zo kunt u meerdere
schijven selecteren.
b. Selecteer OK met de pijltoetsen en druk op Enter.
c. Lees het waarschuwingsbericht. Als u wilt doorgaan, gebruikt u de pijltoetsen om YES te selecteren
en drukt u op ENTER.
Opmerking: Het initialisatieproces duurt ongeveer 10 tot 15 seconden. Tijdens de initialisatie wordt
een volledige nieuwe scan van alle kanalen automatisch uitgevoerd.
Arrays maken
Arrays kunnen worden gemaakt nadat de schijven zijn geïnitialiseerd:
1. Open het menu RAIDXpert2 Configuration Utility. Selecteer met de pijltoetsen de optie Array
Management en druk op Enter.
2. Selecteer met de pijltoetsen de optie Create Array en druk op Enter.
3. Selecteer met de pijltoetsen Select RAID Level ➙ RAID Level en druk op Enter.
Opmerking: Enkele RAID-niveaus worden mogelijk niet getoond, omdat het aantal geïnstalleerde
opslagstations kan variëren.
4. Selecteer de schijven waarvoor u de array wilt maken:
a. Selecteer met de pijltoetsen de optie Physical Disks en druk op Enter.
b. Selecteer met de pijltoetsen de gewenste schijven en druk op de spatiebalk of Enter.
c. Selecteer Apply Changes met de pijltoetsen en druk op Enter.
5. Raadpleeg de onderstaande tabel voor de standaardgrootte van de cachecode (CTS).
Type array
HDD-array
SSD-array
Alle NVMe-arrays
6. Selecteer Read Cache Policy met de pijltoetsen en druk op Enter. Selecteer het gewenste cachebeleid
voor lezen en druk op Enter.
7. Selecteer Write Cache Policy met de pijltoetsen en druk op Enter. Selecteer het gewenste cachebeleid
voor schrijven en druk op Enter.
8. Selecteer met de pijltoetsen de optie Create Array en druk op Enter.
Standaard CTS
64 k
64 k
256 k
.
35
Hoofdstuk 6
RAID