De kleurtemperatuur wordt ingesteld op plaatsen onder een gloeilamp of onder felle verlichting,
zoals in een fotostudio.
TL-licht: koel wit:
De kleurtemperatuur wordt ingesteld op witte fluorescerende verlichting.
TL-licht: daglichtwit:
De kleurtemperatuur wordt ingesteld op neutrale, witte fluorescerende verlichting.
TL-licht: daglicht:
De kleurtemperatuur wordt ingesteld op daglichtachtige fluorescerende verlichting.
Flitslicht:
De kleurtemperatuur wordt ingesteld op flitslicht.
Kl.temp./Filter:
Past de kleurtinten aan afhankelijk van de lichtbron. Bereikt het effect van CC-filters (Color
Compensation) voor fotografie.
Eigen:
Gebruikt de witbalansinstelling opgeslagen in [Eigen instelling].
Eigen instelling:
Slaat de basiswitkleur op onder de lichtomstandigheden voor de opnameomgeving.
Hint
U kunt de rechterknop van de bedieningsknop gebruiken om het fijnregelscherm af te
beelden en de kleurtemperatuur naar wens te fijnregelen.
In [Kl.temp./Filter] kunt u de rechterknop gebruiken om het kleurtemperatuurinstelscherm af
te beelden en een instelling te maken. Wanneer u nogmaals op de rechterknop drukt, wordt
het fijnregelscherm afgebeeld waarop u naar wens kunt fijnregelen.
Opmerking
[Witbalans] ligt vast op [Automatisch] in de volgende situaties:
[Slim automatisch]
[Superieur automat.]
[Scènekeuze]
[66] Hoe te gebruiken
De basiswitkleur opslaan in [Eigen instelling].
In een scène waarin het omgevingslicht bestaat uit meerdere soorten lichtbronnen, adviseren
wij u de eigen witbalans te gebruiken om de witte kleuren nauwkeurig te reproduceren.
1. MENU →
De opnamefuncties gebruiken
(Camera- instellingen) → [Witbalans] → [Eigen instelling].
De kleurtinten aanpassen