3-3 Om voor bevochtigende werking te proefdraaien, activeert u de proefdraaimodus vanaf de
afstandsbediening volgens de instructies hieronder en drukt u op
Proefdraaien vanaf de afstandsbediening
1) Druk gedurende ongeveer 5 seconden op
om "Test mode (Testmodus)" te selecteren en druk op
2) Druk op
• De unit gaat naar de proefdraaimodus en op het scherm wordt
3) Druk op de knop voor de bedieningsmodus (KOELEN/VERWARMEN/BEVOCHTIGEN) die u wilt testen.
• Het proefdraaien stopt automatisch na ongeveer 30 minuten.
Om proefdraaien te verlaten, drukt u op
3-4 Bedien de unit volgens de bedieningshandleiding om te controleren dat deze normaal werkt
3-5 Zorg dat de airconditioner niet in werking is voordat u de functie FILTER REINIGEN uitvoert
1) Druk op
3-6 Na het proefdraaien stelt u het totale stroomverbruik opnieuw in
1) Druk op
.
om "RESET USED POWER (GEBRUIKT VERMOGEN TERUGSTELLEN)" te selecteren en druk op
2) Druk op
3) "RESET with APPLY (TERUGSTELLEN met TOEPASSEN)" wordt weergegeven. Als u op
stroomverbruik teruggesteld.
• Zelfs als de airconditioner niet werkt, verbruikt het wat elektrische stroom. Als de klant de unit niet gebruikt zodra het is
geïnstalleerd, moet de stroomonderbreker worden uitgeschakeld om geen elektriciteit te verspillen.
4.
Testonderdelen
De binnen- en buitenunits zij n goed op stevige voeten geïnstalleerd.
Zij n de luchtfi lter en stofdoos juist bevestigd?
Hebt u het fotokatalytisch luchtzuiverings- en geurverdrij vingsfi lter geïnstalleerd?
Hebt u een lekkagetest uitgevoerd om te verzekeren dat er geen lekkage van
koelmiddelgas optreedt?
Koelmiddelgas- en vloeistofl eidingen en verlenging van afvoerslang binnen
hebben warmte-isolatie.
Afvoerleiding is juist geïnstalleerd.
Hebt u de klant gevraagd of er voor de buitenunit een afvoer moet worden
gemaakt?
Produceert de afvoerslang abnormaal geluid (kloppend geluid) als de ventilator
of iets anders wordt gebruikt?
Het systeem is goed geaard.
De aangegeven kabels worden voor aansluitingen van verbindingskabels tussen
apparaten gebruikt.
Luchtinlaat of -uitlaat van de binnen- of buitenunit heeft een vrij luchtpad.
De afsluiters zij n geopend.
De binnenunit ontvangt opdrachten van de afstandsbediening.
Hebt u de adresinstelling gecontroleerd?
Hebt u de lengte van de bevochtigingsslang ingesteld?
Hebt u de vorm van de ruimte juist ingesteld?
en zorg dat de functie FILTER REINIGEN foutloos functioneert.
Testonderdelen
. (Het standaardmenu wordt weergegeven.)
.
weergegeven.
.
Vallen, trilling, lawaai, smaller
detecteerbaar bereik van de INTELLIGENT
OOG-sensor
Lawaai, waterlekkage, functie FILTER
REINIGEN uitgeschakeld
Lawaai, waterlekkage, functie FILTER
REINIGEN uitgeschakeld
Onvolledige functie van koelen/verwarmen
Waterlekkage
Waterlekkage
Druppelen van afvoerwater uit het gat in de
bodem van de buitenunit
Lawaai (Gebruik van optionele aftapplug
van lucht.)
Gevaar voor elektrische schok
Niet functionerend of brandschade
Onvolledige functie van koelen/verwarmen
Onvolledige functie van koelen/verwarmen
Niet functionerend
Niet functionerend
• De indicator IN BEDRIJ F knippert gedurende
ongeveer 2 minuten na inschakelen terwij l
de airconditioner is gestopt.
• Slechte prestatie en lawaai
Slechte koelingsprestatie
drukt, wordt het totale
Symptoom
Controleren
.
20
20