3.5
Warmtepomp buiten unit.
Bij deze warmtepomp monoblock units is de
platenwisselaar in de buitenunit geplaatst.
Ze worden doorgaans geplaatst in buitenopstelling
bij voorkeur op het dak, met een zo kort mogelijke
leiding naar de stookruimte.
Aansluiting van de buitenunits gebeurt met
geïsoleerde CV-waterleiding DN50 of DN65.
Per buitenunit wordt een leidingset op de
platenwisselaar in de binnenunit aangesloten.
Deze leiding dient te worden voorzien van minimaal
3 mm isolatie. Deze isolatie moet voldoende
afgewerkt worden om beschadiging door ongedierte,
vogels en weersinvloeden te voorkomen.
Zie voor instructies betreffende het plaatsen en
aansluiten van de buitenunit in de LG handleiding
geleverd bij het toestel.
3.6
Installatie en service aan de LG
warmtepomp
Voor het aansluiten is geen installateur met F-gas
certificaat noodzakelijk.
Alle van toepassing zijnde normen en richtlijnen met
betrekking tot het installeren, het logboek en
periodiek onderhoud dienen te worden opgevolgd.
11