REMKO Verswaterstation
7.5 Instellen van de temperatuur
De gewenste (max.) temperatuur voor warm drinkwater kunt u instellen met de regelaar onder "Para".
Opdat verbranden aan de waterkraan kan worden uitgesloten, mag de max. warmwatertemperatuur niet
meer zijn dan 60°C.
Primaire zijde
De vereiste temperatuur aan de primaire zijde in het bufferreservoir is afhankelijk van de gewenste warmwa-
tertemperatuur als ook van de benodigde aftaphoeveelheid. De temperatuur in het bufferreservoir moet ten
minste 5K boven de gewenste warmwatertemperatuur liggen.
Secundaire zijde
De mogelijke aftapvolumestroom [l/min] op de waterkraan is afhankelijk van de warmwatertemperatuur die
op de regelaar is ingesteld en de ter beschikking staande temperatuur in het reservoir.
De aanbevolen max. drinkwatervolumestroom door de verswatermodule is 25 l/min.
De volgende tabel geeft de samenhang tussen de reservoirtemperatuur en de hiermee verbonden max.
aftapvolumestroom bij 45°C op de armatuur (bijv. eenhendelmengkraan). Als de op de regelaar ingestelde
warmwatertemperatuur boven 45°C ligt, stroomt bij de aftapvolumestroom een mengsel van warm- en koud-
water samen.
Het hiertoe aangegeven overdrachtvermogen is noodzakelijk om de waterhoeveelheid van het aftapvolume-
stroom [l/min] van 10°C op 45°C te verwarmen.
Temperatuur in
het bufferreser-
voir sensor S08
[°C]
50
60
70
80
Bij een koudwatertemperatuur van 10°C, naver-
warming wordt geen rekening mee gehouden
20
Op de regelaar
ingestelde TWW-
stroom uit het ver-
temperatuur:
swaterstation met
de ingestelde WW-
[°C]
45
45
50
55
45
50
55
60
45
50
55
60
Max. volume-
Max. aftapvolume-
stroom op de
waterkraan
gedurende 45°C
temperatuur
WW-temperatuur
[l/min]
17
28
21
16
36*
30
25
20
38*
38*
32
27
* max. volumestroom: 25 l/min, drukverlies van het
verswaterstation is 1000 mbar (hogere waarden
hydraulisch alleen geforceerd mogelijk,
Overdrachtsver-
mogen van het
verswaterstation
[kW]
[l/min]
-
30
24
19
-
34
31
28
-
42
105
40
100
38
41
67
60
49
78
72
64
53
93
95