WAARSCHUWING: lees de veiligheidsinstructies die bij de computer zijn geleverd alvorens u werkzaamheden binnen de computer uitvoert.
Raadpleeg voor meer informatie over veiligheidsrichtlijnen onze website over wet- en regelgeving op www.dell.com/regulatory_compliance.
VOORZICHTIG: alleen een bevoegde onderhoudsmonteur mag reparaties aan uw computer uitvoeren. Schade als gevolg van
onderhoudswerkzaamheden die niet door Dell zijn goedgekeurd, valt niet onder de garantie.
VOORZICHTIG: voorkom elektrostatische ontlading door uzelf te aarden met een aardingspolsbandje of door regelmatig een niet-geverfd
metalen oppervlak aan te raken (zoals een connector van de computer).
VOORZICHTIG: Ga voorzichtig met componenten en kaarten om. Raak de componenten en de contacten op kaarten niet aan. Pak kaarten bij de
uiteinden of bij de metalen bevestigingsbeugel vast. Houd een component, zoals een processor, vast aan de uiteinden, niet aan de pinnen.
VOORZICHTIG: verwijder kabels door aan de stekker of aan het treklipje te trekken en niet aan de kabel zelf. Sommige kabels zijn voorzien van
een connector met vergrendelingslipjes. Als u dit type kabel loskoppelt, moet u de vergrendelingslipjes ingedrukt houden voordat u de kabel
verwijdert. Trek stekkers recht uit de aansluitingen om te voorkomen dat de stekkerpennen worden verbogen. Ook voordat u een kabel aansluit,
moet u controleren of u de stekker in de juiste positie recht voor de aansluiting houdt.
VOORZICHTIG: volg om schade aan de computer te voorkomen de volgende instructies alvorens werkzaamheden binnen de computer uit te
voeren.
1. Zorg ervoor dat het werkoppervlak vlak en schoon is om te voorkomen dat de computerbehuizing bekrast raakt.
2. Schakel de computer uit (zie
3. Als de computer is aangesloten op een dockingstation, koppelt u het dockingstation los. Raadpleeg de documentatie bij het dockingstation voor instructies.
VOORZICHTIG: Wanneer u een netwerkkabel wilt verwijderen, moet u deze eerst van de computer loskoppelen en daarna pas van het
netwerkapparaat verwijderen.
4. Verwijder alle stekkers van telefoonsnoeren en netwerkkabels uit de computer.
5. Verwijder alle kaarten uit de ExpressCard-sleuf en de 7-in-1- geheugenkaartlezer.
6. Verwijder de stekker van de computer en alle daarop aangesloten apparaten uit het stopcontact.
VOORZICHTIG: voorkom schade aan het moederbord door de hoofdbatterij te verwijderen (zie
gaat werken.
7. Verwijder de batterij (zie
De batterij
8. Draai de computer om (bovenkant boven), klap het beeldscherm open en druk op de aan-uitknop om het moederbord te aarden.
Terug naar inhoudsopgave
Uw computer
uitschakelen).
verwijderen).
De batterij
verwijderen) voordat u in de computer