AC golfvorm:
Met deze pictogrammen kan de gebruiker alleen de
boogprestaties voor TIG-lassen in wisselstroompolariteit
(AC) instellen.
Modus AUTO en Expert:
Standaard brandt het pictogram AUTO. Dit houdt in dat
de parameters voor de AC-boogvorm automatisch worden
beheerd op basis van de lasstroom. De enige beschikbare
parameter is AC-frequentie
AC-frequentie: Deze functie regelt de frequentie van de
AC-boogvorm in cycli per seconde
Wanneer AUTO is geselecteerd, wordt de relatie tussen
stroomsterkte en balans weergegeven in de onderstaande
tabel:
Tafel 2.
Stroomsterkte
I <= 50
50 < I <= 93
93 < I <= 120
120 < I <= 155
155 < I <= 200
De modus Expert inschakelen:
Druk twee keer op de knop AC BOOGVORM: het
pictogram AUTO gaat knipperen en op het display
wordt de mededeling AUTO ON weergegeven.
Draai de encoder en selecteer AUTO OFF.
Bevestig de keuze door nog een keer op de knop AC
BOOGVORM te drukken. Het pictogram AUTO gaat
uit en alle parameters voor AC BOOGVORM worden
beschikbaar.
Als u terug wilt gaan naar AUTO, voer bovenstaande
stappen nog een keer uit en druk meerdere malen totdat
het pictogram AUTO gaat knipperen. Kies dan AUTO ON
met de encoder.
In de modus Expert zijn de volgende parameters
beschikbaar:
1. AC-frequentie: Deze functie regelt de frequentie van
de AC- boogvorm in cycli per seconde
2. AC-evenwicht: AC-evenwicht regelt de tijd als
percentage dat de polariteit "elektrode negatief" is.
3. Afwijking negatief/positief elektrode: Deze functie
regelt de stroomsterkte-instelling voor de negatieve en
de positieve kant van de golf bij TIG-lassen in AC-
polariteit.
Op het displayscherm voor spanning staat een korte
omschrijving van het pictogram dat is gekozen. Het
displayscherm voor stroomsterkte laat de waarde zien die
moet worden bijgesteld.
Nederlands
AC-balans %
60%
65%
65%
70%
70%
11
Functies Sequencer:
Met de sequencer kan het TIG-lassen worden aangepast,
zowel in AC- als in DC- polariteit. Als u op de knop 'Sel'
drukt, doorloopt u de procesgrafiek.
Tafel 3.
Voorstroom: Stelt de tijd in
seconden in dat er gas stroomt
vóór het begin van de boogstart.
Startstroom:
startstroomsterkte in voor het
proces.
Eerste flank: Stelt de tijd in
seconden in die het duurt voordat
de
werkstroomsterkte staat.
Werkstroomsterkte:
toegestane
alle toegestane lasprocessen in.
Uiteindelijke flank: Stelt de tijd in
seconden
werkstroomsterkte is gezakt tot
de eindstroom.
Eindstroom:
eindstroomsterkte
proces in.
Nastroom:
seconden in dat er gas stoomt na
beëindiging van de boog.
Impulssequencerfuncties:
Stelt
stroom
op
de
normale
Stelt
stroomsterkte
voor
in
voordat
Stelt
voor
Stelt
de
tijd
Nederlands
de
de
de
de
het
in