Gebruik Van De Machine - Toro TM5490 Installatie-Instructies
Verberg thumbnails
Zie ook voor TM5490:
- Gebruikershandleiding (94 pagina's) ,
- Installatie-instructie (17 pagina's) ,
- Installatie-instructies (4 pagina's)
Inhoudsopgave
Advertenties
Haak de verbindingskabel rond de elektrische bedieningskast
om deze van de grond te tillen en te voorkomen dat ze geplet
wordt.
Reset het elektrische bedieningssysteem wanneer u het voor
het eerst opstart, of telkens als de stroomtoevoer naar de
bedieningskast wordt hersteld. Reset het systeem als volgt:
1. Voordat u de aftakas inschakelt, gebruikt u de
afzonderlijke hefschakelaars van de maaidekken en de
hoofdschakelaar; zet de maaidekschakelaar in neutraal.
2. Zorg dat de noodstopknop gereset is door de knop
rechtsom te draaien tot deze naar buiten springt.
Gebruik van de machine
Raadpleeg de Gebruikershandleiding van de machine voor meer
informatie over het gebruik van de machine.
1. Controleer of de onmiddellijke omgeving volledig vrij
is.
2. Zorg dat de parkeerrem van de tractor ingeschakeld
is en de aandrijving van de aftakas uitgeschakeld.
De motor moet gestopt zijn en het contactsleuteltje
verwijderd.
3. Zet alle transportvergrendelingen van de maaidekarmen
in de automatische grendelstand, zoals getoond in
Figuur
19.
1. Transportvergrendeling
– automatische
grendelstand
4. Start de tractor en stel het toerental van de motor in op
laag stationair.
5. Schakel de achterste aftakasaandrijving van de tractor
in.
Stop de machine als volgt:
1. Zoek de algemene hefbedieningsschakelaar op de
bedieningseenheid
alle maaidekken naar de transportstand zijn getild.
2. Laat de schakelaar los, en stel alle transportvergren-
delingen in werking.
3. Schakel de achterste aftakasaandrijving van de tractor
uit en stop de motor.
Figuur 19
2. Veiligheidssluiting – naar
boven gezet
(Figuur
18) en trek deze terug tot
4. Druk de algemene bedieningsschakelaar in en zet de
individuele hefschakelaars in de 'omlaag'-stand.
Opmerking: Hierdoor gaan de armen volledig in de
transportvergrendelingen.
5. Schakel de veiligheidssluitingen van alle
transportvergrendelingen in, zoals getoond in
Figuur
20.
1. Veiligheidssluiting – ingeschakeld
6. Vergrendel de buitenste maaidekken
g026019
1. Vergrendeling buitenste maaidek
14
Figuur 20
(Figuur
Figuur 21
g026020
21).
g026021
Advertenties
Inhoudsopgave
