Brandstof / olie mengsel
Kraftstoff
3
1000 cm
(1 Liter)
5000 cm
3
(5 Liter)
A
10000 cm
3
(10 Liter)
De motor van deze machine is een hoogwaardige, luchtgekoelde
tweetaktmotor. De motor werkt op een mengsel van benzine
en tweetaktolie.
De motor is ontworpen voor gebruik van normale benzine met
een minimaal octaangetal van 91 ROZ. Is deze brandstof niet
beschikbaar, dan kunnen ook brandstoffen met een hoger
octaangetal gebruikt worden. Hierdoor ontstaat geen schade
aan de motor, wel moet rekening gehouden worden met een
vermindering van het vermogen.
Dit is ook het geval bij gebruik van loodhoudende benzine.
Gebruik daarom voor een optimale motorwerking en ter
bescherming van gezondheid en leefmilieu alleen loodvrije
brandstof!
Voor de smering van de motor wordt synthetische tweetaktmo-
torolie voor luchtgekoelde tweetaktmotoren (kwaliteitsklasse
JASO FC of ISO EGD) gebruikt; deze wordt bijgemengt bij de
brandstof. De motor is ontworpen voor MAKITA tweetaktolie
met een milieuvriendelijke mengverhouding van 50:1. Daardoor
wordt een lange levensduur en een betrouwbare, rookarme
werking van de motor gewaarborgd.
MAKITA kwaliteits-tweetaktolie is afhankelijke van het verbruik
leverbaar in de volgende verpakkingen:
1
l
Bestelnummer
100
ml
Bestelnummer
Indien er geen MAKITA tweetaktolie beschikbaar is moet een
mengverhouding van 50:1 bij gebruik van andere tweetak-
toliën aangehouden worden, aar anders problemen kunnen
optreden.
Attentie: geen kant en klaar mengsel van benzine-
stations gebruiken!
Het verkrijgen van de juiste mengverhouding:
50:1 Bij gebruik van MAKITA tweetaktolie, d.w.z. 50 delen
brandstof mengen met 1 deel olie.
50:1 Bij gebruik van andere synthetische tweetaktoliën (kwa-
liteitsklasse JASO FC of ISO EGD), d.w.z. 50 delen
brandstof mengen met 1 deel olie.
Aanwijzing:
Voor een juist brandstof/olie mengsel de olie voormengen in
de helft van de totaal gewenste hoeveelheid brandstof, daarna
de rest van de brandstof toevoegen. Voor het vullen van de tank
van de motorzeis eerst het mengsel goed schudden.
Het is niet zinvol uit overdreven veiligheidsbewustzijn het olie-
aandeel in het tweetaktmengsel te vergroten ten opzichte van
de aangegeven mengverhouding. Hierdoor ontstaan meer
verbrandingsresten, deze belasten het milieu en verstoppen het
uitlaatkanaal in de cilinder evenals de geluidsdemper. Verder
stijgt het brandstofverbruik en neemt het vermogen af.
50:1
50:1
+
3
20 cm
20 cm
100 cm
3
100 cm
200 cm
3
200 cm
980 008 607
980 008 606
HUID- EN OOGCONTACT VERMIJDEN!
Met brandstoffen dient voorzichtig en zorgvuldig te worden
omgegaan. Brandstoffen kunnen stoffen bevatten die als
oplosmiddel werken. Alleen in goed geventileerde ruimten
of in de open lucht tanken. Brandstofdampen niet inademen,
Brandstofdampen zijn giftig en kunnen lichamelijke schades
veroorzaken. Huidcontact met brandstof en minerale oliën
vermijden. Minerale olieprodukten, ook oliën, ontvetten de
huid. Bij her haaldelijk en langdurig contact droogt de huid uit.
Diverse huidziekten kunnen hiervan het gevolg zijn. Bovendien
zijn allergische reacties bekend. Contact van de ogen met olie
veroorzaakt irritaties. Bij oogcontact direct het betreffende oog
met schoon water uitspoelen.
3
Bij aanhoudende irritatie direct een arts bezoeken!
3
3
Opslag van brandstof
Brandstoffen zijn slechts in beperkte mate geschikt voor opslag.
Brandstof en brandstofmengsels verouderen door verdamping,
vooral onder invloed van hoge temperaturen. Te lang bewaarde
brandstoffen en brandstofmengsels kunnen zo tot startproblemen
en motorschade leiden. Koop niet meer brandstof in dan in en-
kele maanden wordt verbruikt. Bij hogere temperaturen dienen
brandstoffen binnen de 6-8 weken te worden opgebruikt.
Bewaar brandstoffen uitsluitend in goedgekeurde bussen
op een droge, koele en veilige plaats!
Tanken
NEEM ALLE VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN IN
ACHT!
De omgang met brandstoffen vereist een voorzichtige en
zorgvuldige handelwijze.
Uitsluitend bij uitgeschakelde motor!
B
-
Om de tankdop heen (B/1) goed schoonmaken, opdat geen
vuil in de brandstoftank terecht komt.
-
Motorzeis vóór het bijtanken in een stabiele zijligging bren-
gen.
-
Tankdop (B/2) eraf schroeven en het brandstofmengsel
voorzichtig tot aan de onderkant van de vulopening invullen.
Voorzichtig vullen om geen brandstof te morsen.
-
Tankdop weer goed vastdraaien.
Tankdop en omgeving na het tanken reinigen!
13