N.B: BELANGRIJK VOOR DE INSTALLATIEVOORWAARDEN
*
Breng twee ontluchtingsroosters aan (met een oppervlak
van meer dan 100 cm
het andere minstens 50 cm boven de inbouwhaard, of in
ieder geval zo, dat het in verbinding staat met de interne
ruimte waar de inbouwhaard wordt geplaatst.
De roosters zorgen ervoor dat warmte niet in de haard kan
ophopen. Deze warmte wordt gerecupereerd en draagt bij
aan het verwarmen van de installatieruimte.
OPMERKINGEN BETREFFENDE DE MONTAGE
VAN DE BEKLEDING
Controleer voor de juiste stand van PELLKAMIN het model
van de voorziene bekleding als u een Edilkamin bekleding
gebruikt.
De plaatsing moet op verschillende wijze uitgevoerd
worden op grond van het gekozen model (raadpleeg de
18
montageinstructies ingehouden in de verpakking van elke
bekleding).
BEKLEDINGEN, BESCHERMKAPPEN EN HUN
VERLUCHTINGEN
Alvorens de bekleding te installeren, moet de correcte wer-
king van de aansluitingen, de besturingen en de bewegen-
de onderdelen gecontroleerd worden. Alvorens de bekle-
ding te installeren moet een controle uitgevoerd worden
door enkele uren de haard in bedrijf te stellen om eventue-
el nog te kunnen ingrijpen. Bij gevolg mag de afwerking
(zoals de bouw van de beschermkap, de montage van
de bekleding, de uitvoering van lisenen, het verven enz.)
slechts uitgevoerd worden wanneer de test voltooid is en
een positief resultaat heeft opgeleverd. Edilkamin kan dus
de lasten niet dragen voor afbraak en herbouw ten gevolge
van vervanging van eventuele defecte onderdelen van de
inbouwhaard.
PLAT METALEN AFWERKINGSPROFIEL (X)
VOOR HET MONTEREN VAN "OMLIJSTE" BE-
KLEDINGEN (bijgeleverd)
Nadat u het onderste rooster heeft verwijderd, kunt u op de
onderste basis van de structuur het "hoekvormige" meta-
len afwerkingsprofiel monteren (X - voor "omlijste" bekle-
dingen of bekledingen met gipsplaat), ter vervanging van
het reeds gemonteerde platte metalen profiel (Y).
), het ene onder de inbouwhaard en
2
INSTALLATIE
Afb. 23
Externe
aansluiting
Eventuele houten delen van de bekleding
moeten beschermd worden door vuurvaste
panelen, mogen geen contact maken met de
inbouwhaard en moeten minstens 1 cm van de
inbouwhaard blijven om een luchtstroom toe te
laten die warmteaccumulatie belet.
- DE BEKLEDINGKAN GEMAAKTWORDEN VAN
BRANDVERTRAGENDE GIPSPLATEN OF-PANE-
LEN.
- BRENGTIJDENS DE INSTALLATIE LUCHTROO-
STERS AAN OM DE OPHOPINGVAN WARMTE IN
DE BEKLEDINGTE VERMIJDEN.
Tijdens het aanbrengen van de bekleding is het
belangrijk de herstel van de verbrandingslucht
te waarborgen om onderdruk in de installatie-
ruimte te kunnen voorkomen.
Behalve de hierboven vermelde indicatie moet
u rekening houden met de norm UNI 10683 pa-
ragrafen 4.4 en 4.7 "isolatie, afwerking, bekle-
ding en veiligheidsadvies".
Afb. 24
INSTALLATEUR
*
Luchtrooster aan de
binnenkant van de bekle-
ding
*
Toevoer lucht
recirculatie
X
Y