5.13.3
5.13.4
26/01/2010
Batterijpolen reinigen en smeren
Bij luchtgevulde banden de bandenspanning controleren
Borstels op slijtage en vreemde voorwerpen controleren en indien
nodig de borstels vervangen
Veegniveau controleren en indien nodig regelen
Zijbezeminstelling op slijtage controleren en indien nodig instellen of
vervangen
Bezem - walstunnel controleren op vastzittende delen resp.
vastgeklemde vuildeeltjes
die de bezemtunnel enger maken en de vrije beweging van de wals-
borstels beperken
bijkomend alle 100 bedrijfsuren
Kabelisolatie controleren en indien nodig kabels vervangen
Kabelverbinding op stabiliteit controleren
Stuurketting smeren
Keerwalsaandrijfketting smeren
Remkabel controleren en indien nodig regelen
Profiel van de banden controleren en indien nodig banden vervan-
gen
Stoffilters reinigen en indien nodig vervangen
Stofafzuiging controleren op vreemde voorwerpen en reinigen
Testrit voor de functiecontrole van alle bedieningselementen
Ketting walswerking op ontoegelaten uitzetting controleren
Talrijke lagers op slijtage controleren
Talrijke dichtingen controleren op schade en stabiliteit.
bijkomend alle 200 bedrijfsuren
Elektromotoren op functionaliteit controleren
Koolborstels controleren op slijtage en eventueel vervangen
Stuurinrichting op speling controleren en indien nodig ketting
naspannen
Talrijke elektronische componenten controleren op verontreiniging
TTE 1100
Reiniging en onderhoud
29