LET OP!
Op langere horizontale leidingsecties met klein verval
kunnen zich door uitzetting van de kunststofbuizen
tussen de bevestigingspunten waterophopingen met
sifonwerking vormen:
● Draagschalen (TS) gebruiken.
● Leg de leidingen nooit horizontaal, maar altijd met
een constant verval (> 2%).
4.2.2 Montage FlowSensor, FlowGuard (optioneel)
Hou bij het monteren rekening met de doorstroomrich-
ting van de meter.
FlowSensor
De FlowSensor FLS 20 (afb. 4-17) is een meetinrichting die
tegelijkertijd de doorstromingshoeveelheid in het collectorveld en
de aanvoertemperatuur registreert. Het meetbereik ligt tussen
0 en 20 l/min (debiet) en 0 tot 120 °C (aanvoertemperatuur).
De meetwaarden worden op de R4-zonne-energieregeling
weergegeven. Door toerentalregeling van de zonne-energiebe-
drijfspomp P
neemt de R4-zonne-energieregeling bij de werking
S
van het systeem het instellen van de passende doorstroming
automatisch over.
1. Afdichting (b) op de zonne-energie-aanvoeraansluiting (a)
van de boiler aanbrengen.
2. FlowSensor (c) op de zonne-energie-aanvoeraansluiting (a)
van de boiler schroeven.
3. De afdichting (e) aanbrengen en de steekmof (f) op de ingang
van de FlowSensor (c) monteren.
4. De aanvoerleiding (g) (Ø 15 mm) tot de benodigde lengte
inkorten en de steekfitting (f) insteken.
5. Kabel van de FlowSensor tussen de FlowSensor (c) en de
R4-zonne-energieregeling plaatsen.
6. Kabel van de FlowSensors op de FlowSensor (c) en op de
printplaatrand van de R4-zonne-energieregeling op de positie
FLS (4-polig, zie afb. 4-23) opsteken.
Afb. 4-16 Montage FlowSensor FLS
Daikin EKSRPS4
Daikin Regel- en pompeenheid
008.1624632 – 08/2015
Afb. 4-17 FlowSensor FLS inclusief 3 m kabel
FlowGuard
De FlowGuard FLG (afb. 4-19) is als toebehoren verkrijgbaar.
Het is een regelklep met geïntegreerde doorstromingsweergave
waarmee de doorstromingshoeveelheid door het collectorveld
kan worden ingesteld. Het afleesbereik ligt tussen 2 en 16 l/min.
1. Dichting in de de aanvoeraansluiting plaatsen (zie afb. 4-18).
2. Breng de FlowGuard aan en schroef hem vast.
3. Dichting plaatsen en de steekfitting aan de ingang van de
FlowGuard monteren.
4. Voorbereide aanvoerbuis in de steekfitting van de
FlowGuards steken.
Afb. 4-18 Werkstap 1+2
Afb. 4-19 Accessoire FlowGuard FLG
4
x
Montage
Bedienings- en installatiehandleiding
11