Inhoudsopgave
Advertenties
Hoofdstuk 2: Installatie
Aansluiting van een apparaat voor foutbewaking veiligheidsdeur
De foutbewaking van de veiligheidsdeur zorgt ervoor dat het paneel een deur
in het blusgebied bewaakt. De bewaakte deur wordt een veiligheidsdeur.
Een fout van de veiligheidsdeur betekent dat de deur zich in een positie
bevindt die het vrijgaveproces verhindert, gezien de huidige werkmode van
het paneel. Een fout van de veiligheidsdeur verhindert dat het paneel in de
blusaktivatiestatus gaat (omwille van levensbedreigende problemen) en aktivatie
van de aandrijving (om bescherming van eigendommen te garanderen).
De veiligheidsdeur moet open zijn wanneer het paneel in de alleen manuele
mode staat. Het signaal van een gesloten deur wordt beschouwd als een fout.
De veiligheidsdeur moet gesloten zijn wanneer het paneel in de handmatige-
automatische mode staat. Het signaal van een open deur wordt beschouwd als
een fout.
U kunt een vertraging configureren voordat het paneel een veiligheidsdeur
bewakingssignaal interpreteert als een fout. Dit staat het tijdelijke openen of
sluiten van de deur voor routineverkeer toe. De vertraging wordt genegeerd
wanneer het paneel in de blusaktivatie of blusvrijgavestatussen gaat.
Als standaard wordt het bedieningspaneel geconfigureerd voor
basistoepassingen die deze bewakingsfunctie niet gebruiken. Indien uw
installatie dit vereist, activeert u de functie door de optie "Bewaking
veiligheidsdeur" op AAN te zetten en een "Foutvertraging voor veiligheidsdeur"
tussen 10 en 90 seconden aan te geven.
Hier volgen de werkgegevens van de functie.
Wanneer het paneel niet in blusaktivatie of blusvrijgavestatussen staat:
•
Voor manuele-automatische mode rapporteert het paneel een fout indien de
deur open is en de foutvertraging van de deur verstrijkt
•
Voor alleen manuele mode rapporteert het paneel een fout indien de deur
gesloten is en de foutvertraging van de deur verstrijkt
Wanneer het systeem in blusaktivatie of blusvrijgavestatussen staat, ongeacht
de werkmode, rapporteert het paneel een fout wanneer de deur open is.
Aansluiting van een remote reset-apparaat
Met de remote reset-ingang kan het bedieningspaneel opnieuw worden ingesteld
vanaf een externe locatie. De resetbewerking is hetzelfde als het gebruik van de
Reset-knop op de gebruikersinterface van het bedieningspaneel.
EU-verordeningen en reglementen vereisen het gebruik van een
hoofdschakelaar om toegang tot deze functie te controleren.
De remote reset wordt uitgevoerd wanneer het ingangsapparaat overschakelt
van gedeactiveerd naar geactiveerd. Raadpleeg het onderwerp "Ingang- en
uitgangsspecificaties" op pagina 69 voor de vereiste impedantiewaarden voor
deze onbewaakte ingang.
14
KFP-CX3 Installatiehandleiding
Advertenties
Hoofdstukken
Inhoudsopgave
