Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Dell Optiplex 740 Gebruikshandleiding pagina 7

Inhoudsopgave

Advertenties

Als het proces eenmaal is voltooid, zal de computer automatisch opnieuw worden gestart of zult u worden gevraagd om de computer zelf opnieuw te starten.
 Systeemsetupprogramma
 
Overzicht
Het systeemsetupprogramma gebruikt u als volgt:
 Om de systeemconfiguratieinformatie te wijzigen nadat u hardware hebt toegevoegd, gewijzigd of verwijderd
l
 Om een door gebruikers instelbare optie zoals het gebruikerswachtwoord in te stellen of wijzigen
l
 Om de huidige hoeveelheid geheugen te raadplegen of het type van de geïnstalleerde vaste schijf in te stellen
l
Voordat u gebruikmaakt van het systeemsetupprogramma, wordt u aangeraden om de informatie in het scherm van het systeemsetupprogramma te noteren
voor toekomstige naslag.
 
Het systeemsetupprogramma openen
 
1. Zet uw computer aan (of start deze opnieuw).
 
2. Als het blauwe DELL™ logo-verschijnt, moet u wachten tot de F2-prompt verschijnt.
 
3. Als de F2-prompt verschijnt, drukt u meteen op <F2>.
N.B.
De F2-prompt geeft aan dat het toetsenbord is geïnitialiseerd. Deze prompt kan heel snel verschijnen. U moet dus zeer goed opletten en 
direct op <F2> drukken. Als u op <F2> drukt voordat u daarom wordt gevraagd, zal de toetsaanslag geen uitwerking hebben.
 
4. Als u te lang wacht en het logo van het besturingssysteem wordt weergegeven, moet u blijven wachten tot het bureaublad van Microsoft® Windows® 
wordt weergegeven. Sluit dan de computer af (zie
 
System Setup-scherm
Het system-setup-scherm geeft de huidige of wijzigbare configuratieinformatie voor uw computer weer. De informatie op het scherm is onderverdeeld in vier
gebieden: het menu bovenin het scherm, het hoofdvenster, het veld Item Help rechts en een gedeelte onderin het scherm waar de toetsenfuncties worden
weergegeven.
 
Options List (Optielijst) — Dit veld wordt aan de linkerzijde van het systeem-setupvenster
weergegeven. Het veld is een schuifbare lijst die een overzicht biedt van functies die de
configuratie van uw computer definiëren, inclusief de geïnstalleerde hardware, 
energiebesparingsfuncties en beveiligingsfuncties.
Met behulp van de pijltoetsen op uw toetsenbord kunt u in de lijst omhoog en naar beneden
gaan. Als een optie wordt gemarkeerd, zal in het Option Field (Optieveld) meer informatie over
die optie worden weergegeven, alsmede de huidige en beschikbare instellingen voor die optie.
 
Opties van het systeemsetupprogramma
N.B.
Afhankelijk van uw computer en de daarop geïnstalleerde apparaten worden de items in dit gedeelte mogelijk niet weergegeven of niet op exact 
dezelfde wijze als hier vermeld.
 
System (Systeem)
System Info (Systeeminformatie)
Processor Info
(Processorinformatie)
Memory Info (Geheugeninformatie)
PCI Info (PCI-informatie)
De computer
uitzetten) en probeer het opnieuw.
Vermeldt de naam van de computer, de BIOS-versie, het servicelabel, de code voor expresse-service (indien van
toepassing) en de inventaristag. Geen van deze velden kan worden gewijzigd.
Processor Info (Processorinformatie)Vermeldt het CPU-type, de kloksnelheid van de processor, bussnelheid,
kloksnelheid en de omvang van de L2-cache. Geeft aan of de processor multiple-core-functionaliteit biedt en of deze
ondersteuning biedt voor 64-bits technologie.
Vermeldt het type, de omvang, de snelheid en de kanaalmodus (enkelvoudig of dubbelvoudig) van het geïnstalleerde 
geheugen.
Vermeldt alle geïnstalleerde PCI- of PCI Express-kaarten.
Option Field (Optieveld) — Dit veld bevat informatie over
elke optie. In dit veld kunt u de huidige instellingen
weergeven en de instellingen wijzigen.
Gebruik pijl-links en pijl-rechts om een optie te markeren.
Druk op <Enter> om de selectie te activeren.
 
Key Functions (Toetsenfuncties) — Dit veld wordt
weergegeven onder het Option Field (Optieveld) en geeft
een overzicht van toetsen en hun functies binnen het
actieve systeem-setupveld.

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave