Werkwijze
WAARSCHUWING
De slinger mag niet tijdens elektrische bediening
worden geplaatst.
WAARSCHUWING
Indien de wikkelingkoppelaar zich niet in de exacte
positie bevindt en de slinger wordt verwijderd, start
het motorbedieningsmechanisme en gaat deze naar
de exacte positie als de voeding is aangesloten.
WAARSCHUWING
Als er tijdens bedrijf een storing in de voeding
optreedt, wordt het bedrijf hervat wanneer de storing
is verholpen.
– De positie-indicator geeft de actuele stand aan.
– De sleepwijzers geven de maximum- en minimumstand aan
waartussen de wikkelingkoppelaar sinds de laatste reset
heeft gewerkt.
– De indicator van de wikkelingkoppelaar in werking is ROOD
tijdens bedrijf en WIT wanneer de wikkelingkoppelaar in
positie is.
– Om de noodstop te resetten, draait u de knop rechtsom.
– De schakelaar LOKAAL/AFSTAND. In de stand LOKAAL
kunt u de wikkelingkoppelaar met de schakelaar
TOENEMEN/AFNEMEN bedienen. In de stand LOKAAL is
bediening op afstand niet mogelijk. In de stand AFSTAND
wordt de wikkelingkoppelaar vanuit de controleruimte of via
een spanningsregelaar bediend. Lokale bediening is in de
stand AFSTAND niet mogelijk.
– Bij een stroomonderbreking van het
motorbedieningsmechanisme kan de wikkelingkoppelaar
met de hand worden aangeslingerd. Plaats de slinger
op de as. Draai de slinger in de gewenste richting zoals
aangegeven op het informatieplaatje boven de as. 20
slagen voor een complete operatie. Draai totdat de
indicator voor de in werking gezette operatie wit wordt.
Wanneer de slinger is gemonteerd, wordt elke elektrische
bediening onmogelijk.
– Thermostaat voor extra verwarmer (optie). Wij bevelen een
instelling op +5 °C aan.
– Hygrostaat voor extra verwarmer (optie). Wij bevelen een
instelling op ca. 60% aan.
– Uitgang (optie) met aardlekschakelaar.
Normaal gesproken wordt de wikkelingkoppelaar aangestuurd
door een spanningsregelaar. Het is niet nodig om de
wikkelingkoppelaar en het motorbedieningsmechanisme
handmatig te bedienen.
Onderhoudsschema
NB!
Om de hoge betrouwbaarheid van de
wikkelingkoppelaar te handhaven, is het van belang
dat de inspecties en revisies worden uitgevoerd
volgens de intervallen die op het typeplaatje staan
vermeld.
Onderhoud van de wikkelingkoppelaar bestaat uit drie
stappen:
– Inspectie: wordt één keer per jaar door het personeel ter
plaatse uitgevoerd (zie hieronder).
– Groot onderhoud: wordt door een specialist uitgevoerd
volgens de intervallen die op het typeplaatje staan vermeld.
– Vervangen van contacten: wordt uitgevoerd door een
specialist. Tijdens groot onderhoud wordt bekeken of
vervanging noodzakelijk is.
Een specialist is een servicemonteur van ABB of een bevoegd
persoon opgeleid door ABB voor onderhoudswerkzaamheden
aan de UZ-wikkelingkoppelaars.
1ZSE 5492-154 nl, Rev. 4 | Gebruikers'handleiding UZ 5