1.
Raak in het beginscherm van het bedieningspaneel de knop
2.
Open de volgende menu's:
Kalibratie/reiniging
●
Kalibratie scanner
●
3.
Raak de knop
4.
Wacht tot het apparaat is gekalibreerd en probeer vervolgens opnieuw te kopiëren.
Papierinstellingen controleren
Controleer de papierinstellingen als gekopieerde pagina's vlekken bevatten of onscherp of donker zijn afgedrukt,
als het papier is gekruld, als het papier tonerstippen vertoont of als de toner helemaal is weggevallen.
De papiersoort en het configuratietype controleren
1.
Raak in het beginscherm van het bedieningspaneel de knop
2.
Raak de regel aan voor de lade die u wilt configureren, en raak vervolgens de knop
3.
Selecteer het papierformaat en de papiersoort in de lijst met opties.
4.
Raak de knop
De lade selecteren voor het maken van kopieën
1.
Raak in het beginscherm van het bedieningspaneel de knop
2.
Raak de knop
3.
Selecteer de lade met het papier dat u wilt gebruiken en raak vervolgens de knop
De instellingen voor beeldaanpassing controleren
Pas deze aanvullende instellingen aan om de kopieerkwaliteit te verbeteren.
1.
Raak in het beginscherm van het bedieningspaneel de knop
2.
Raak de knop
3.
Verplaats de schuifknoppen om de niveaus voor Donkerheid, Contrast,
aan te passen. Raak de knop
4.
Raak de knop Start
Kopieerkwaliteit optimaliseren voor tekst of afbeeldingen
Optimaliseer de kopieertaak voor het type afbeelding dat u wilt scannen: tekst, afbeeldingen of foto's.
1.
Raak in het beginscherm van het bedieningspaneel de knop
2.
Raak de knop
260 Hoofdstuk 10 Problemen oplossen
Volgende
aan om het kalibratieproces te starten. Volg de instructies op het scherm op.
OK
aan om uw selectie op te slaan.
Papierselectie
aan.
Afbeelding aanpassen
aan.
OK
aan.
aan.
Meer opties
en vervolgens de knop
Apparaatonderhoud
Laden
aan.
Kopie
aan.
Kopie
aan.
Scherpte
Kopie
aan.
Tekst/afbeelding optimaliseren
aan.
Wijzigen
aan.
OK
aan.
en
Achtergrond opruimen
aan.
NLWW