Installatie
Luchtafvoersysteem
Gelijktijdig gebruik van de afzuig-
kap en een apparaat dat lucht in die-
zelfde ruimte verbruikt kan gevaarlijk
zijn! Er kunnen giftige gassen vrijko-
men.
Neem beslist de veiligheidsinstruc-
ties en waarschuwingen in het gelijk-
namige hoofdstuk in acht.
Laat in ieder geval door de plaatse-
lijke schoorsteenveger controleren of
een veilig gebruik van de luchtafvoer
gewaarborgd is.
Voor de luchtafvoer mogen alleen
gladde buizen of flexibele slangen
van niet-brandbaar materiaal worden
gebruikt.
Voor een zo groot mogelijke afzuigca-
paciteit en een zo laag mogelijk geluids-
niveau moeten de volgende punten in
acht worden genomen:
– De luchtafvoer moet een diameter
hebben die niet kleiner is dan
150 mm.
– Wanneer er platte luchtafvoerkanalen
worden gebruikt, mag de doorsnede
niet kleiner zijn dan de doorsnede
van de luchtafvoertuit.
– De luchtafvoer moet zo kort en recht
mogelijk zijn.
– Alleen bochten met een grote straal
zijn toegestaan.
– Er mogen geen knikken in de luchtaf-
voer komen en de luchtafvoer mag
niet in elkaar worden gedrukt.
– Alle verbindingen moeten stevig en
dicht zijn.
28
Iedere barrière in de luchtstroom ver-
mindert de afzuigcapaciteit en ver-
hoogt het geluidsniveau.
Wordt de lucht gewoon naar buiten
afgevoerd, dan kan het beste een
dakdoorvoer of een telescopische
muurkast worden geïnstalleerd. Deze
kunt u nabestellen.
Moet de lucht door een schoorsteen
worden afgevoerd, dan moet de in-
voerbuis in stromingsrichting worden
geplaatst.
Wanneer de afvoerbuis horizontaal
wordt aangelegd, moet worden ge-
zorgd voor een verval van minstens
1 cm per meter. Daarmee wordt voor-
komen dat er condenswater in de af-
zuigkap kan lopen.
Als de luchtafvoerleiding door koele
ruimtes, zolders, etc. loopt, kunnen
aanzienlijke temperatuurverschillen
binnen de afzonderlijke ruimtes optre-
den. Hierdoor kan condenswater ont-
staan. De luchtafvoerleiding moet dan
worden geïsoleerd.