Menu P5 ¨ Instellen van aanvullende regelingen
Submenu
Omschrijving
P50
Activering van de
openhaardregeling.
P51
Aanwezigheid van
een vorstvrij element opgeven.
Noot:
Alleen wijzigen als er achteraf een voorverwarmer is ingebouwd of na een algehele reset.
P52
Instelling van de vorstvrij regeling.
� 0; Extra zeker regelen;
� 1 ; Zeker regelen;
� 2 ; Nominaal regelen;
� 3; Spaar regelen.
Noot:
Bij
meeste zekerheid voor het behoud van balansventilatie. Omgekeerd wordt het vorstvrij element bij
spaar regelen
houd van balansventilatie.
Bij de ingebruikname van de ComfoD kan de vorst-vrij regeling meestal op stand 2:
(= fabrieksinstelling) blijven staan. Alleen in gebieden waar het 's winters vaak koud is (met regel-
matig dagen van rondom -10 °C of zelfs nog kouder) kan voor stand 1:
0:
P54
Aanwezigheid van een bypass opgeven.
P56
Instelling van de benodigde
luchthoeveelheid voor de woning.
�
�
Noot:
Het instellen van de luchthoeveelheid is het vertrekpunt voor het inregelen van de luchtspecificaties
en dus het instellen van de ventilatoren.
P57
Instelling van het type ComfoD.
�
�
Noot:
De ComfoD is in de fabriek al goed voorgeprogrammeerd.
De juiste instellingen staan op de typeplaat aan de bovenzijde van de ComfoD.
P58
Prioriteiten van de regeling opgeven .
� 0 ; Voorrang aan hoogste stand
� 1; V oorrang aan hoogste stand EXCLUSIEF analoge
P59
Aanwezigheid van een enthalpiewisselaar opgeven.
�
�
�
Noot:
NL - 16
wordt het vorstvrij element het snelst ingeschakeld; deze stand biedt dus de
extra zeker regelen
zo laat mogelijk ingeschakeld; deze stand biedt dus de minste zekerheid voor het be-
gekozen worden.
extra zeker regelen
De ComfoD is standaard uitgerust met een bypass.
Laat de waarde dus op '1' staan.
nL: "normale Luchthoeveelheid";
HL: "Hoge Luchthoeveelheid".
Li = "Linker uitvoering";
Re = "Rechter uitvoering".
Na een algehele reset zijn de voorgeprogrammeerde instellingen verloren en moeten
de instellingen opnieuw worden ingesteld.
INCLUSIEF analoge input;
input.
0; Enthalpiewisselaar is afwezig;
1; Enthalpiewisselaar is aanwezig met RH sensor;
2; Enthalpiewisselaar is aanwezig zonder RH sensor.
Controleer of de condensafvoer luchtdicht is.
Als wordt gekozen voor de enthalpiewisselaar zonder sensor wordt de veiligheidsre-
geling niet toegepast en zullen de storingsmeldingen EA1 & EA2 nooit optreden.
Waarden aanvullende regelingen
Minimum
Maximum
0 (= Nee)
1 (= Ja)
0 (= Nee)
1 (= Ja)
0
3
nominaal regelen
zeker regelen
0 (= Nee)
1 (= Ja)
nL
HL
Li
Re
0
1
0 (= Nee)
2 (= Ja)
Reset
0
0
2
of zelfs stand
1
HL
Li
0
0