12
www.aeg.com
• Prik voedsel met huid of schil diverse
malen in met een vork voordat u het
bereidt.
• Snij groenten in stukjes van gelijke
grootte.
• Roer vloeibare gerechten zo nu en
dan door.
• Roer het voedsel voor het opdienen
door.
• Laat het voedsel nadat u de oven
heeft uitgeschakeld, een paar
minuten staan. Zie het hoofdstuk
'Nuttige aanwijzingen en tips'.
6.2 Geschikt kookgerei en materialen
Gebruik in de magnetron alleen kookgerei en materiaal dat hiervoor bestemd is.
Gebruik onderstaande tabel als referentie.
Materiaal van de pannen
Ovenbestendig glas en porselein
zonder metalen onderdelen, bijv. hit-
tebestendig glas
Niet-ovenbestendig glas en porse-
1)
lein
Glas en glaskeramiek van ovenbe-
stendig / diepvriesbestendig materi-
aal
2)
Keramisch
Keramiek, porselein en aardewerk
met ongeglazuurde onderkant of met
kleine gaatjes, bijv. op handvaten
Hittebestendig plastic tot 200 °C
Karton, papier
Huishoudfolie
Bakpapier met magnetronveilige af-
3)
dichting
Ovenschotels gemaakt van metaal,
d.w.z. emaille, gietijzer
Bakvormen, zwarte lak of siliconen-
3)
laag
2)
, aardewerk
3)
Ontdooien
• Plaats het bevroren, uitgepakte
voedsel op een klein omgekeerd
bord met een bakje eronder of op
een ontdooirek of plastic zeef, zodat
de dooivloeistof kan weglopen.
• Verwijder telkens de stukken die zijn
ontdooid.
• U kunt een hoger
magnetronvermogen gebruiken om
fruit en groenten te bereiden zonder
ze eerst te ontdooien.
Magnetron
Ontdooi-
Verwar-
en
ming
X
X
X
X
X
X
X
X
X
Verwarm-
functie
Meer
+magnetron
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X