Inhoudsopgave
Advertenties
Toepassingen
7.8 Centrale besturing en controle van pom-
pen
Delen van gebouwen waar grondwater een gevaar kan vormen, moeten con-
stant in het oog worden gehouden. Meestal volstaat het wanneer het grond-
water vanaf een bepaald niveau wordt weggepompt.
Elke zone die gevaar loopt, wordt met 2 pompen uitgerust, die via een
LOGO! 230RLB11 worden gestuurd. LOGO! krijgt alle noodzakelijke in-
formatie via verschillende sensoren.
Alle logicamodules worden via de ASi-bus met elkaar en met een ASi-mas-
ter verbonden. Vanaf een centrale controlepost worden alle zones in het oog
gehouden. De bediening van elke afzonderlijke pomp kan via de ASi-bus
door middel van een sensor gebeuren..
In elke LOGO! moet het volgende verloop worden geprogrammeerd.
Wanneer de maximaal toegelaten waterstand wordt bereikt, wordt pomp 1
ingeschakeld. Wanneer pomp 1 uitvalt, wordt pomp 2 automatisch ingescha-
keld.
Wanneer beide pompen uitvallen, wordt dit via een geluidssignaal gemeld.
Het programma en de aankoppeling van een LOGO! 230RLB11 vindt u op
de volgende pagina's.
De coördinatie van de afzonderlijke slave-modules (LOGO! 230RLB11)
dient in uw ASi-mastermodule te gebeuren.
LOGO!-handboek
EWA 4NEB 712 6006-20 a
137
Advertenties
Inhoudsopgave
