e_kb464_84percent.book Page 46 Wednesday, October 15, 2008 11:38 AM
Het objectief bevestigen
46
Bevestig een passend objectief op de body van de camera.
Als u een van de volgende objectieven met de e gebruikt, zijn alle
belichtingsstanden beschikbaar.
(a) DA-, DA L-, D FA-, FA J-objectieven
(b) Objectieven met een diafragma s-stand (Auto), als de stand s wordt
gebruikt
2
Zet de camera uit alvorens het objectief te bevestigen of te verwijderen om onverwachte
bewegingen van het objectief te voorkomen.
• Als objectieven die bij (b) zijn beschreven, worden gebruikt in een stand anders dan s,
zijn sommige functies beperkt bruikbaar. Zie "Opmerkingen over [19. Diafragmaring
gebruiken]" (p.241).
• Bij de fabrieksinstellingen werkt de camera niet met andere objectieven en accessoires.
Stel [19. Diafragmaring gebruiken] in het menu [A Pers.instelling 3] in op [Toegestaan]
om ze wel te kunnen gebruiken. (p.241)
1
Controleer of de camera is uitgezet.
2
Verwijder de bodydop (1) en de
achterlensdop van het objectief
(2).
Zet een los objectief altijd met de vatting
omhoog neer om beschadiging van de
objectiefvatting te voorkomen.
3
Zorg dat de richttekens
objectiefvatting (de rode puntjes)
op de camera en het objectief
tegenover elkaar liggen. Draai
vervolgens het objectief met de
klok mee tot het vastklikt.
Draai het objectief, nadat u het op de body
hebt bevestigd, tegen de klok in om te
controleren of u het goed hebt gemonteerd.