e_kb464_84percent.book Page 229 Wednesday, October 15, 2008 11:38 AM
Instellingen voor de opnamestand
selecteren om op te slaan in de camera
U kunt opgeven welke instellingen moeten worden opgeslagen als de camera
wordt uitgezet.
U kunt de volgende instellingen opslaan: flitsfunctie, transportfunctie, witbalans,
gevoeligheid, belichtingscorrectie, Belichtingscomp., weergavestijl en bestandsnr.
De standaardinstelling is O (Aan) voor alle functies.
1
Selecteer [Geheugen] in het menu [A Opnamemodus 3].
2
Druk op de vierwegbesturing (5).
Het scherm [Geheugen] verschijnt.
3
Kies een onderdeel met de
vierwegbesturing (23).
4
Selecteer O (Aan) of P (Uit) met de vierwegbesturing (45).
5
Druk twee keer op de knop 3.
Het scherm dat werd weergegeven voordat u het menu selecteerde,
wordt opnieuw weergegeven.
Stel [Bestandsnummer] in op O (Aan) om de bestandsnamen doorlopend te nummeren,
ook als er een nieuwe map wordt gemaakt. Zie "Bestandsnummer instellen" (p.224).
G e h e u g e n
F l i t s i n s t e l l i n g
Tr a n s p o r t s t a n d
W i t b a l a n s
G e v o e l i g h e i d
Belichtingscorrectie
B e l i c h t i n g s c o m p .
We e r g a v e f u n c t i e
MENU
229
10