Inhoudsopgave
Advertenties
Veiligheidsinstructies
rookgasafvoeraansluitingen
Controleer
î
verbrandingslucht- en rookgasafvoer-
leidingen goed vast zitten en gesloten
zijn,
en
beantwoorden
verstrekte instructies en toepasselijke
voorschriften en normen.
Als het rookgasafvoersysteem niet
î
goed wordt ondersteund, kan dit
defecten tot gevolg hebben waardoor
rookgassen de omgevingslucht kunnen
verontreinigen.
De
componenten
î
rookgasafvoersysteem
het toestel wordt uitgerust, moeten
afkomstig zijn van dezelfde fabrikant
en moeten goedgekeurd zijn door de
fabrikant van het toestel. Zorg ervoor
dat de diameters van alle leidingen
en aansluitingen overeenkomen, om
te voorkomen dat er lekken ontstaan.
Elk
gasgestookt
î
koolstofmonoxide. Het niet installeren
van
koolstofmonoxide-detectoren
met alarm in de stookruimte, kan
ernstige verwondingen of zelfs de
dood tot gevolg hebben. Raadpleeg de
toepasselijke lokale voorschriften.
Er moet een systeem voor neutralisatie
î
van condensaat worden geïnstalleerd
in overeenstemming met de geldende
lokale voorschriften en normen. Het
moet regelmatig worden gereinigd
en onderhouden.
Sluit het toestel niet aan op
î
een rookgasafvoerleiding die
wordt
toestellen die op een ander gas
of olie werken. Hierdoor kunnen
rookgassen gaan overlopen en
kan het toestel defect raken.
Neem voor meer informatie
contact op met uw lokale AIC
Technical Support afdeling.
Installeer dicht bij het toestel een
î
condensaatafvoer die is aangesloten op
de riolering.
F-111280_NL • 02
voor
of
de
geïnstalleerde
aan
van
waarmee
toestel
genereert
gedeeld
met
andere
de
Gebruik uitsluitend de meegeleverde
î
beugels om het rookgasafvoersysteem
alle
te ondersteunen.
Let er bij het monteren van de buizen
î
op dat er geen spanning op de
onderdelen wordt uitgeoefend.
Installeer
î
rookgasafvoerleidingen met een lichte
helling van 5 cm per meter (3°) terug
naar het toestel.
het
De stookruimte moet verplicht worden
î
geventileerd. De afmetingen van de
ventilatieopeningen
onderaan hangen af van het vermogen
van het toestel en de grootte van de
stookruimte. Raadpleeg de geldende
lokale voorschriften.
Als de inlaat van de verbrandingslucht
î
zich bevindt in een ruimte die mogelijk
verontreinigingen kan veroorzaken of
bevatten, of als producten die de lucht
kunnen verontreinigen niet kunnen
worden verwijderd, dan moeten de
leidingen van de verbrandingslucht
worden verplaatst en uitmonden op
een andere plaats.
Als het toestel wordt gebruikt in
î
professionele
kapperszaken, schoonmaakbedrijven,
verfwinkels,
chlorideproducten,
verf, stof, enz. de lucht kunnen
verontreinigen, dan moet het worden
geïnstalleerd in een speciaal daartoe
voorziene
verbrandingslucht die aan het toestel
wordt geleverd, schoon is.
Als er wordt gewerkt met parallelle
î
rookgasafvoersystemen, let er dan op
dat er voldoende afstand (minimaal
40 mm) wordt gehouden tussen
de rookgasafvoerleidingen van het
toestel
en tussen de rookgasafvoerleiding
en luchtinlaatleiding wanneer deze
laatste van kunststof is.
I
nstallatIe van het product
Maak
alle
rookgasafvoer-
î
leidingen goed vast aan een
stevige structuur.
de
bovenaan
omgevingen
enz.
oplosmiddelen,
stookruimte
en
brandbare
horizontale
of
zoals
waar
zodat
de
materialen,
I-41
Advertenties
Inhoudsopgave
