NHOUDSOPGAVE INHOUDSOPGAVE..................................3 ALGEMENE BESCHRIJVING ................................ 5 DEFINITIES VAN EIGENSCHAPPEN............................6 PROGRAMMATIE VAN DE NETWORX CODEKLAVIEREN ......................14 X LED ............................14 ROGRAMMATIE VAN DE ETWOR CODEKLAVIEREN NX-148 LCD ............................18 ROGRAMMATIE VAN DE CODEKLAVIEREN NX-148 LCD ....................21 KEYPAD ODEKLAVIERFUNCTIES VOOR DE CODEKLAVIEREN PROGRAMMATIE VAN DE NETWORX-CENTRALE .........................26 .......................
Pagina 4
............................. 80 ROGRAMMATIE VAN DE ZONECONFIGURATIEGROEPEN NX-8-EUR PROGRAMMEERBLADEN............................88 NX-8-EUR AANSLUITSCHEMA..............................104 OMSCHRIJVING VAN DE AANSLUITKLEMMEN........................105 TECHNISCHE SPECIFICATIES..............................106 NX-8..................................... 106 ECHNISCHE SPECIFICATIES NX-108, NX-116, NX-124 ........................... 107 ECHNISCHE SPECIFICATIES NX-1308, NX-1316, NX-1324 ........................... 107 ECHNISCHE SPECIFICATIES NX-148..................................107 ECHNISCHE SPECIFICATIES APPENDIX 1: RAPPORTEREN VAN VASTE CODES IN CONTACT ID EN SIA PROTOCOL ..........108 APPENDIX 2: RAPPORTEREN VAN ZONECODES IN SIA OF CONTACT ID ................109 APPENDIX 3: MODULENUMMERS VOOR RAPPORTEREN STORING UITBREIDINGEN EN CODEKLAVIEREN ....111 ...........................................
één of meerdere behuizingen. Om de mogelijkheden van de NetworX centrale maximaal te benutten, kunnen er tot 32 modules in één systeem geïntegreerd worden. NX-8-EUR Installatiehandleiding Pag 5...
EFINITIES VAN IGENSCHAPPEN ACTIEVE BATTERIJTEST - Indien geprogrammeerd, kan het systeem een actieve batterijtest uitvoeren gedurende een geprogrammeerde tijdsduur en dit één maal per dag telkens als het systeem voor de eerste maal ingeschakeld of uitgeschakeld wordt. Deze actieve batterijtest wordt eveneens uitgevoerd tijdens een manuele systeemtest met het commando [*]-[4]-[4].
Pagina 7
BEGIN/EINDE PROGRAMMERING EN EINDE DOWNLOADING - Er kan een rapport naar de meldkamer verstuurd worden wanneer de locale programmering (via codeklavier) gestart en beëindigd wordt. Er kan eveneens een rapport verstuurd worden als een downloadsessie beëindigd wordt. (zie adres 37, segment 4, pagina 51) BEWAKERSMODE (Guard code”) –...
Pagina 8
één partitie uitgeschakeld wordt (zie adres 37). EINDELUSWEERSTAND/NORMAAL GESLOTEN CONTACT - Het gebruik van de 2x 3K3 eindelusweerstanden kan worden geëlimineerd indien men de zones wenst te gebruiken voor het aansluiten van NG (normaal gesloten) contacten. Een zone ingesteld voor een NG contact zal geen fout rapporteren bij het kortsluiten van de zone.
Pagina 9
IN/UITSCHAKELEN VIA SLEUTELSCHAKELAAR - Elke zone op de NetworX centrale kan geprogrammeerd worden als sleutelschakelaar. Een zone geprogrammeerd als sleutelschakelaar zal de centrale inschakelen of uitschakelen telkens als deze zone kortstondig kortgesloten wordt. Indien uit/inschakelrapporteringen doorgestuurd dienen te worden, dan zal een “sleutelschakelaar”-zone rapporteren als gebruiker 99. Er kan eveneens een ON/OFF sleutelschakelaar (met vaste stand) geprogrammeerd worden.
Pagina 10
MANUELE SYSTEEMTEST - De NetworX centrale kan geprogrammeerd worden om een sirenetest en/of kiezertest uit te voeren telkens wanneer het commando [*] - [4] - [4] uitgevoerd wordt. Dit commando kan alleen uitgevoerd worden als het systeem uitgeschakeld is. Tijdens een manuele systeemtest wordt er eveneens altijd een actieve batterijtest uitgevoerd.
Pagina 11
PROGRAMMEERCODE - De standaard programmeercode is [9] - [7] - [1] - [3] wanneer 4- cijferige codes gebruikt worden of, als 6-cijferige codes gebruikt worden, is deze [9] - [7] - [1] - [3] - [0] - [0]. De programmeercode kan eveneens ingesteld worden als gewone in/uitschakelcode.
Pagina 12
SNELINSCHAKEL-EIGENSCHAPPEN - De NetworX centrale kan volledig resp. gedeeltelijk ingeschakeld worden d.m.v. “snelinschakel”-toetsen [Afwezig/Away] resp. [Aanwezig/Stay]. De corresponderende inschakelrappporten zullen doorgemeld worden als gebruiker 98. (zie adres 23, segment 1). Enkel de NX-12xx codeklavieren beschikken eveneens over een [Nacht/Night] snelinschakel-toets. STILLE UITGANGSMODE - Het aftellen van de uitgangsvertraging kan “stil”...
Pagina 13
UITSCHAKELEN CODEKLAVIERVERLICHTING - Deze eigenschap zal automatisch de codeklavierverlichting (behalve de “VOEDING” led) uitschakelen als er na 60 seconden geen toetsaanslag gedetecteerd werd. Door een cijfertoets in te drukken kan men de klavierverlichting terug activeren. (zie adres 23, segment 2) UITSCHAKELEN VAN ZONES OP HOOFDPRINT - De zones op de hoofdprint van de NetworX centrale kunnen uitgeschakeld worden om eventueel een volledig draadloos systeem te configureren.
ROGRAMMATIE VAN DE ETWOR CODEKLAVIEREN Programmatie van de NetworX LED codeklavieren Deze paragraaf beschrijft hoe het adres en de partitie evenals de beschikbare opties van ieder codeklavier dienen geprogrammeerd te worden. Het adres van het codeklavier is zeer belangrijk omdat hierdoor de centrale in staat is om de codeklavieren te overwaken. De standaardwaarde voor de hoofdcode is [1] - [2] - [3] - [4], bij gebruik van 4-cijferige codes, of [1] - [2] - [3] - [4] - [5] - [6] bij gebruik van 6-cijferige codes.
Pagina 15
[*]-[9]-[4] Instellen codeklaviernummer en partitienummer Tik [*] - [9] - [4] - [programmeercode] : de “Service” en “Direct” LED zullen knipperen. Tik het codeklaviernummer (1-8) in. Tik [*] : De “Direct” LED zal continu oplichten en de “Service” LED zal blijven knipperen. Tik het partitienummer (1-8) in.
Pagina 16
[*]-[5] Programmeren/wijzigen gebruikerscodes. Tik [*] - [5] - [hoofdcode] : de “Gereed” LED zal knipperen. Tik het nummer van de betreffende code in. Gebruik hiervoor altijd 2 cijfers: dus “03” voor code 3. De “Gereed” LED zal hierna continu oplichten. Tik de nieuwe gebruikerscode in.
Pagina 17
Tik [*] Hierdoor keert men terug naar stap 2. Hierna kan men nog andere codenummers ingeven, waarvan men de autorisatie wenst te wijzigen. U kan hiermee doorgaan totdat u voor alle codes de autorisaties hebt ingesteld of u kan deze programmeermode verlaten door [#] in te tikken.
Programmatie van de NX-148 LCD codeklavieren Deze paragraaf beschrijft hoe het adres en de partitie evenals de beschikbare opties van ieder codeklavier dienen geprogrammeerd te worden. Het adres van het codeklavier is zeer belangrijk omdat hierdoor de centrale in staat is om de codeklavieren te overwaken. De standaardwaarde voor de hoofdcode is [1] - [2] - [3] - [4], bij gebruik van 4-cijferige codes, of [1] - [2] - [3] - [4] - [5] - [6] bij gebruik van 6-cijferige codes.
Pagina 19
[*]-[9]-[3] Instellen codeklavier-opties 1. Tik [*] - [9] - [3] in. Het LCD display vraagt hierna om de “programmeercode” in te geven. 2. Tik de [programmeercode] in. Het LCD display vraagt hierna om de opties uit onderstaande tabel in te stellen. De actuele instelling van een bepaalde optie wordt weergegeven in de rechter benedenhoek.
Pagina 20
Opmerking : In het menu “Kies een optie” kunnen er 8 extra opties geselecteerd worden. Optie 1 Op LCD “info : toets [*]”. Hierdoor wordt op het LCD display afwisselend de status van het systeem weergegeven en de boodschap “info : toets [*]. Dit is louter informatief om de gebruiker op de hoogte te stellen van het gebruikersmenu.
LCD keypad Codeklavierfuncties voor de NX-148 LCD codeklavieren De LCD klavieren beschikken over een tweetalige gebruikersinterface, nl. Nederlands en Frans. Daardoor kan men heel eenvoudig een gebruikersfunctie selecteren in het menu. Men kan het menu raadplegen door op de toets [*] te drukken. De gebruiker van het systeem kan ook heel eenvoudig omschakelen van een Nederlandstalige gebruikersinterface naar een Franstalige en vice versa.
Pagina 22
[*]-[9]-[0] Uitlezen van het logboek De NetworX centrales (v2) hebben een logboek met 512 “events” (gebeurtenissen) die kunnen opgevraagd worden met behulp van een “hoofdcode”. Dit logboek bevat een lijst van de laatste 512 gebeurtenissen, voorzien van datum-, tijd- en partitie-informatie. Stap 1 Tik [*] [9] [0] in.
Pagina 23
[*]-[9]-[9] Download beantwoorden. Door [*] - [9] - [9] in te tikken terwijl het systeem uitgeschakeld is, zal de centrale de lijn nemen om een downloadoproep te beantwoorden. OPMERKING: NORMAAL DIENT MEN NA [*] - [9] - [9] EEN GELDIGE GEBRUIKERSCODE IN TE TIKKEN OM EEN DOWNLOAD MOGELIJK TE MAKEN (zie adres 41).
Pagina 24
[*]-[5] Programmeren/wijzigen gebruikerscodes. OPMERKING: Voor een systeem met partities, dient de persoon die de code van iemand anders wenst te programmeren of te wijzigen, toegang te hebben tot alle of ten minste tot dezelfde partities als de gebruiker waarvan men de code wenst te programmeren/wijzigen. Iedere standaard in-/uitschakelcode (geen hoofdcode) kan ook zijn eigen code gaan wijzigen.
Pagina 25
4. Tik een partitienummer in. Het LCD zal hierna naar een nieuw codenummer vragen. Noot: standaard heeft een code toegang tot ALLE partities. Door een bepaalde cijfertoets in te tikken, verwijdert men de toegang tot de corresponderende partitie. Door deze cijfertoets opnieuw in te tikken kan men terug toegang verlenen tot deze partitie.
ROGRAMMATIE VAN DE ETWOR CENTRALE Programmering van de NetworX centrale via LED codeklavier Activeren van de programmeermode Om de programmeermode te activeren moet men [*] - [8] intikken. Hierna zullen de vijf functie-LED’s (Aanwezig, Deurbel, Afwezig, Blokkage en Annuleren) beginnen knipperen. Vervolgens dient men de “programmeercode”...
Een bepaalde adreslocatie verlaten Nadat het laatste segment van een bepaalde adreslocatie geprogrammeerd werd, zal deze adreslocatie automatisch verlaten worden na het intoetsen van [*]. Hierop zal de “Gereed” LED doven en zal de “Aan” LED terug oplichten. Er kan nu een nieuw adresnummer ingevoerd worden.
Nadat het laatste segment van een bepaalde adreslocatie geprogrammeerd werd, zal deze adreslocatie automatisch verlaten worden na het intoetsen van [*]. Hierop zal de “Gereed” LED doven en zal de “Aan” LED terug oplichten. Er kan nu een nieuw adresnummer ingevoerd worden.
Pagina 29
PROGRAMEERVOORBEELD (Numerieke data) Zone 1 LED = 1 Zone 2 LED = 2 Zone 4 LED = 8 Zone 7 LED = 64 Data = 9 Data = 66 Om da ta te Met [#] kan een wijzige n in een bepaald adres bepaald verlaten worden...
Programmering van de NetworX centrale via LCD codeklavier Activeren van de programmeermode Om de programmeermode te activeren moet men [*] - [8] intikken. Hierna zullen de vijf functie-LED’s (Aanwezig, Deurbel, Afwezig, Blokkage en Annuleren) beginnen knipperen. Vervolgens dient men de “programmeercode” (standaard = [9] - [7] - [1] - [3]) in te voeren. Na het ingeven van een geldige programmeercode, zal de “Service”...
Pagina 31
Als het nieuwe adresnummer het volgende sequentiële adres is, dan kan dit geselecteerd worden door op de [Politie] toets te tikken. Als het voorgaande adres het te programmeren adres is, dan kan dit geselecteerd worden met de [Brand] toets. Als men terug hetzelfde adres wenst te selecteren dan moet men de [Medische] toets gebruiken.
Pagina 32
Met behulp van de pijltjestoetsten aan de rechterkant van het display kan het karakter op de huidige cursorpositie gewijzigd worden. Druk hierbij op de [^] of [v] toets totdat het gewenste karakter getoond wordt. Het gewenste karakter kan opgeslagen worden met de [*] toets. Het karakter blijft op de display staan en de cursor verschuift een positie naar rechts.
TABEL MET ALPHANUMERIEKE KARAKTERS ä ä ô & ö ç é è ê û ü î < > à ” ° Programmeermode verlaten Nadat alle noodzakelijke wijzigingen in de programmatie aangebracht werden, kan de programmeermode verlaten worden. Met de [Afwezig/Away] toets kan men de geselecteerde module verlaten en het “selecteer te programmeren module”...
REGISTRATIE EN OVERWAKING VAN MODULES EN CODEKLAVIEREN Ten einde de aangesloten modules te kunnen overwaken, detecteert de NetworX centrale automatisch de aanwezigheid van alle aangesloten codeklavieren, zone-uitbreidingen, draadloze ontvangers enz… en registreert het adres ervan in het systeemgeheugen. Op die manier kunnen alle modules overwaakt worden door de centrale.
MSCHRIJVING VAN DE GEHEUGENADRESSEN Bij gebruik van het Contact ID of SIA protocol en voor systemen zonder partities kan een vereenvoudigde en “snelle” programmatie gebruikt worden. Voor de meeste routine-installaties zal het volstaan om de “snelstart” adressen te programmeren. Deze adressen laten u toe om de meest gangbare opties voor de NetworX centrale te activeren.
Pagina 36
ADRES 3 - AANTAL KIESPOGINGEN/BACKUP CONTROLE VOOR TELEFOONNUMMER 1 (2 segmenten, numerieke data). Segment 1 - Aantal kiespogingen: Adres 3, segment 1 bevat het aantal kiespogingen (1 tot 15 pogingen) dat door de kiezer uitgevoerd zal worden naar telefoonnummer 1 alvorens de kiescyclus te beëindigen.
Telefoonkiezerprotocollen DATA PROTOCOL OMSCHRIJVING alleen locale alarmmelding kiezer NIET actief Ademco Contact ID DTMF protocol (zie appendix 1 & 2) Ademco 4/2 Express DTMF protocol Gereserveerd Gereserveerd Siren Tone Format (*) sirenegeluid, voor rapportering naar particuliere telefoon of GSM Gereserveerd SIA (level 1, met ondersteuning FSK protocol (zie appendix 1 &...
Te rapporteren “events” naar telefoonnummer 1 Telefoonnummer 1 heeft 2 adreslocaties die gebruikt worden om de “events” te selecteren die naar dit telefoonnummer dienen gerapporteerd te worden. Adres 4 wordt gebruikt om te bepalen welke “events” er naar telefoonnummer 1 dienen gerapporteerd te worden.
ADRES 5 - PARTITIES GERAPPORTEERD NAAR TELEFOONNUMMER 1 (1 segment, optie-data) Adres 5 wordt gebruikt als de te rapporteren “events” naar telefoonnummer 1 geselecteerd worden op basis van het partitienummer, zonder rekening te houden met het “event”-type. Als dit adres gebruikt wordt, dan moet adres 4 een “0” bevatten. Segment 1 Partitie 1 Partitie 2...
ADRES 9 - AANTAL KIESPOGINGEN/BACKUP CONTROLE VOOR TELEFOONNUMMER 2 (2 segmenten, numerieke data). Segment 1 - Aantal kiespogingen: Adres 9, segment 1 bevat het aantal kiespogingen (1 tot 15 pogingen) dat door de kiezer zal uitgevoerd worden naar telefoonnummer 2 alvorens de kiescyclus te beëindigen.
ADRES 10 - TE RAPPORTEREN EVENTS NAAR TELEFOONNUMMER 2 (2 segmenten, optie-data) Segment 1 Alarmen In- en uitschakelingen (opening/closing) zoneblokkage (bypass) en zonedeblokkage (bypass restore) zonestoring (trouble) en herstel storing (trouble restore) netfout, batterijfout, herstel netfout en herstel batterijfout sabotage sirene, herstel sabotage sirene, herstel telefoonlijn automatische testrapporten begin en einde locale programmering, einde downloading, logboek Segment 2...
Pagina 42
ADRES 13 - KLANTNUMMER VOOR TELEFOONNUMMER 3 (6 segmenten, numerieke data) Het klantnummer dat na het vormen van telefoonnummer 3 wordt doorgestuurd, wordt geprogrammeerd op adres 13. Als het klantnummer een “0” bevat, moet u dit programmeren als een “0”. Het einde van het klantnummer wordt aangeduid met een “10”.
Te rapporteren “events” naar telefoonnummer 3 Telefoonnummer 3 kan gebruikt worden als telefoonnummer waarop een derde ontvanger aangesloten is voor het oversturen van dubbele of gesplitste rapporteringen. Telefoonnummer 3 heeft 2 adreslocaties die gebruikt worden om de “events” te selecteren die naar dit telefoonnummer dienen gerapporteerd te worden.
ADRES 17 - PARTITIES GERAPPORTEERD NAAR TELEFOONNUMMER 3 (1 segment, optie-data) Adres 17 wordt gebruikt als de te rapporteren “events” naar telefoonnummer 3 geselecteerd worden op basis van het partitienummer, zonder rekening te houden met het “event”-type. Als dit adres gebruikt wordt, dan moet adres 10 een “0” bevatten. Segment 1 Partitie 1 Partitie 2...
Download parameters ADRES 19 - DOWNLOAD CODE (8 segmenten, numerieke data) Adres 19 bevat de 8-cijferige “download”-code. Deze code dient de NetworX centrale eerst te ontvangen van het softwarepakket alvorens een “downloading” kan uitgevoerd worden. De standaardprogrammering voor deze code is: [8] - [4] - [8] - [0] - [0] - [0] - [0] - [0]. ADRES 20 - AANTAL BELSIGNALEN OM DOWNLOAD-OPROEP TE BEANTWOORDEN (1 segment, numerieke data) Adres 20 bevat het aantal belsignalen dat door de NetworX centrale dient gedetecteerd te...
Wanneer het terugbelnummer dient gevormd te worden in puls, dan moet een “15” geprogrammeerd worden in het segment waar het puls-kiesprincipe dient te beginnen. Als het volledige nummer volgens het puls-kiesprincipe dient gevormd te worden, dan moet een “15” in het eerste segment geprogrammeerd worden. Pauzes van 4 seconden kunnen in elk segment geprogrammeerd worden door een “13”...
Zoneconfiguraties en partitieselectie STANDAARD ZONECONFIGURATIES Zones kunnen geprogrammeerd worden volgens één van de dertig verschillende zoneconfiguraties (zonetypes).De standaard zoneconfiguraties worden weergegeven in onderstaande tabel. De zoneconfiguraties kunnen via programmering aangepast worden door de adressen 110-141 te wijzigen. DATA R conf. OMSCHRIJVING VAN DE STANDAARD ZONE CONFIGURATIE DAGZONE - (day zone) Reageert als een directe zone wanneeer het systeem ingeschakeld is.
Pagina 49
SECUNDAIR VERTRAAGD - (entry/exit delay 2) Werkt op dezelfde manier als een vertraagde zone, maar gebruikt een aparte in- en uitgangstijd. In geval van verstoring terwijl de centrale ingeschakeld is, wordt ingangstijd 2 gestart. Wanneer dergelijke zone niet verstoord wordt tijdens de uitgangstijd kunnen eventueel, indien zo geprogrammeerd, de interne zones automatisch geblokkeerd worden of de vertraagde zones direct gewapend worden.
Pagina 50
DIRECTE ZONE MET GROEPSBLOKKAGE INGESTELD - (instant with group bypass enabled) Wanneer een directe zone verstoord wordt terwijl het systeem ingeschakeld is, dan wordt onmiddellijk een alarm gegenereerd. Dergelijke zone zal automatisch geblokkeerd worden wanneer het commando voor groepsblokkage uitgevoerd wordt ([blokkage] - [00] - [blokkage]).
Pagina 51
DIRECTE ZONE MET DEURBEL-EIGENSCHAP INGESTELD (Instant zone with chime enabled) Wanneer een directe zone verstoord wordt terwijl het systeem ingeschakeld is, dan wordt onmiddellijk alarm gegenereerd. Wanneer de centrale uitgeschakeld is en de “deurbel”-mode geactiveerd werd, dan zal deze zone werken als een “deurbel”-zone. VOLGZONE MET DEURBEL-EIGENSCHAP INGESTELD (Follower zone with chime enabled) Wanneer de centrale ingeschakeld is, maar zich niet in de ingangstijd bevindt, dan veroorzaakt een verstoring van een volgzone onmiddellijk een alarm.
Pagina 52
ADRES 25 - CONFIGURATIEGROEP VOOR ZONES 1-8 (8 segmenten, numerieke data) Adres 25 bevat de configuratiegroep (zonetype) voor de zones 1-8. Segment 1 bevat de gegevens voor zone 1 en segment 8 bevat de gegevens voor zone 8. De standaard zoneconfiguraties worden weergegeven in de tabel op pagina’s 48-51.
Pagina 53
ADRES 29 - CONFIGURATIEGROEP VOOR ZONES 17-24 (8 segmenten, numerieke data) Adres 29 bevat de configuratiegroep (zonetype) voor de zones 17-24. Segment 1 bevat de gegevens voor zone 17 en segment 8 bevat de gegevens voor zone 24. De standaard zoneconfiguraties worden weergegeven in de tabel op pagina’s 48-51.
Pagina 54
ADRES 33 - CONFIGURATIEGROEP VOOR ZONES 33-40 (8 segmenten, numerieke data) Adres 33 bevat de configuratiegroep (zonetype) voor de zones 33-40. Segment 1 bevat de gegevens voor zone 33 en segment 8 bevat de gegevens voor zone 40. De standaard zoneconfiguraties worden weergegeven in de tabel op pagina’s 48-51.
Algemene opties ADRES 37 - SIRENE- EN SYSTEEMOVERWAKING (7 segmenten, optie-data) Segment 1 Sirene geactiveerd bij telefoonlijnfout, wanneer systeem ingeschakeld is. Sirene geactiveerd bij telefoonlijnfout, wanneer systeem uitgeschakeld is. Sirene geactiveerd bij inschakelen (puls). Sirene geactiveerd bij verstrijken uitgangstijd (puls). Sirene geactiveerd na ontvangst “kiss off”...
Pagina 56
Segment 5 Activeren service-indicatie voor “systeemtijd verloren” Activeren Zone Dubbeling (NX-200 Zone Dubbeling Kit vereist). Niet toegelaten in België Desactiveren van 8 zones op moederbord. Twee activaties nodig op dezelfde “dubbelpuls”-zone om alarm te genereren. NIET toelaten van blokkagerapportering voor geforceerd ingeschakelde zones.
Pagina 57
ADRES 39 - INSTELLINGEN VOOR CODEKLAVIERZOEMER (1 segment, optie-data) Segment 1 Zoemer geactiveerd bij telefoonlijnfout, wanneer systeem ingeschakeld is. Zoemer geactiveerd bij telefoonlijnfout, wanneer systeem uitgeschakeld is. Zoemer geactiveerd bij netfout. Zoemer geactiveerd bij batterijfout. Zoemer geactiveerd gedurende verificatietijd voor “dubbelpuls- of combinatiezone”.
Pagina 58
ADRES 41 - CODEVEREISTEN (1 segment, optie-data) Aan: 6 cijferige codes vereist. Uit: 4 cijferige codes vereist. Segment 1 Als de optie voor 6-cijferige codes ingesteld werd, dan moeten alle gebruikerscodes en de programmeercode 6 cijfers bevatten. Als deze optie ingesteld is, is de standaardwaarde voor de hoofdcode : [1] - [2] - [3] - [4] - [5] - [6].
Segment 2 Activeert programmeercode voor partitie #1. Activeert programmeercode voor partitie #2. Activeert programmeercode voor partitie #3. Activeert programmeercode voor partitie #4. Activeert programmeercode voor partitie #5. Activeert programmeercode voor partitie #6. Activeert programmeercode voor partitie #7. Activeert programmeercode voor partitie #8. ADRES 44 - GEDWONGEN IN/UITSCHAKELCODE (6 segmenten, numerieke data) Adres 44 bevat de “gedwongen in/uitschakelcode”...
Pagina 60
Aan: uitgang alleen te activeren tussen sluitingstijd en openings- tijd, geprogrammeerd op adressen 52 en 53. Aan: uitgang alleen te activeren tussen openingstijd en sluitings- tijd, geprogrammeerd op adressen 52-53. Aan: uitgang wordt geïnverteerd (van 0 Volt naar 12 Volt bij activatie) Gereserveerd Gereserveerd...
Pagina 61
EVENT-SELECTIETABEL VOOR PROGRAMMEERBARE UITGANGEN. DATA EVENT DATA EVENT Inbraakalarm Openingsperiode Brandalarm Sluitingsperiode 24 uur Alarm Inluistering Storing (trouble) (brand/dagzone) Kiezer actief Sabotage-alarm Gereserveerd 2-tonige sirene (yelping) Communicatiefout (fail to communicate) 1-tonige sirene (steady) Telefoonlijnfout Elke sirene-activatie Programmeermode Elke zoneblokkering Download bezig Netfout Gereserveerd Batterijfout...
Instellingen voor automatische test, automatisch inschakelen en openings/sluitingstijd. ADRES 51 - INSTELLINGEN VOOR AUTOMATISCHE TESTRAPPORTERING (4 segmenten, numerieke data). Programmeer een “1” om het testinterval in te stellen in uren. Segment 1 Programmeer een “0” om het testinterval in te stellen in dagen. Voeg een “2”...
Pagina 63
ADRES 54 - DAGEN VAN DE WEEK GEDURENDE DEWELKE “ALLEEN INSCHAKELEN NA SLUITINGSTIJD” CODES ZULLEN WERKEN IN PARTITIES 1-8 (8 segmenten, optie-data) Adres 54 definieert gedurende welke dagen van de week iedere partitie “toegankelijk” is. Op deze dagen zullen codes, geprogrammeerd voor “alleen inschakelen na sluitingstijd” in staat zijn om de partities in- en uit te schakelen gedurende de openingsperiode (= tijd tussen openingstijd en sluitingstijd).
Rapporteringscodes voor pulsprotocollen. OPMERKING: DE ADRESSEN 56-83 DIENEN ALLEEN GEPROGRAMMEERD TE WORDEN BIJ HET RAPPORTEREN IN EEN PULSPROTOCOL (vb. 4+2 protocol) OF BIJ RAPPORTEREN NAAR EEN BIEPER (pager). BIJ GEBRUIK VAN HET SIA OF CONTACT-ID PROTOCOL DIENEN DEZE ADRESSEN NIET GEPROGRAMMEERD TE WORDEN. ADRES 56 - RAPPORTERINGSCODE VOOR ALARM EN HERSTEL, ALLEEN VOOR PULSPROTOCOLLEN (8 segmenten, numerieke data) Adres 56 bevat de rapporteringscode voor zoneherstel voor een 4+2 en 3+1 protocol.
Pagina 65
ADRES 58 - RAPPORTERINGSCODE VOOR SABOTAGE, ALLEEN VOOR PULSPROTOCOLLEN (8 segmenten, numerieke data) Adres 58 bevat de rapporteringscode voor zonesabotage voor een 4+2 en 3+1 protocol. Bij een 4+2 protocol zal het cijfer, geprogrammeerd op dit adres, doorgestuurd worden als het eerste cijfer (tiental) van de respectievelijke rapporteringscode.
Pagina 66
Segment 1 Partitie 1 Rapporteringscode voor “batterijfout draadloze sensor” Segment 2 Partitie 2 Rapporteringscode voor “batterijfout draadloze sensor” Segment 3 Partitie 3 Rapporteringscode voor “batterijfout draadloze sensor” Segment 4 Partitie 4 Rapporteringscode voor “batterijfout draadloze sensor” Segment 5 Partitie 5 Rapporteringscode voor “batterijfout draadloze sensor”...
Pagina 67
ADRES 64 - RAPPORTERINGSCODE VOOR CODEKLAVIERFUNCTIE 2 (handmatig medisch alarm), Adres 64 bevat de 2 cijfers (tientallen en eenheden) die, bij gebruik van een 4+2 en 3+1 protocol, zullen gerapporteerd worden voor codeklavierfunctie 2. Deze code zal alleen overgestuurd worden als de “codeklavierfunctie 2 - (medisch alarm)” geprogrammeerd werd bij het instellen van de eigenschappen per partitie.
Pagina 68
ADRES 69 - RAPPORTERINGSCODE VOOR BATTERIJFOUT EN HERSTEL BATTERIJFOUT, ALLEEN VOOR PULSPROTOCOLLEN (4 segmenten, numerieke data) Adres 69 bevat de 2 cijfers (tientallen en eenheden) die, bij gebruik van een 4+2 en 3+1 protocol, zullen gerapporteerd worden voor batterijfout. Deze code zal alleen overgestuurd worden als “rapporteren batterijfout”...
Pagina 69
ADRES 74 - RAPPORTERINGSCODE VOOR STORING UITBREIDING EN HERSTEL UITBREIDING, ALLEEN VOOR PULSPROTOCOLLEN (4 segmenten, numerieke data) Adres 74 bevat de 2 cijfers (tientallen en eenheden) die, bij gebruik van een 4+2 en 3+1 protocol, zullen gerapporteerd worden voor storing uitbreiding. Deze code zal alleen overgestuurd worden als “rapporteren storing uitbreiding”...
Pagina 70
ADRES 78 - RAPPORTERINGSCODE VOOR INSCHAKELING, ALLEEN VOOR PULSPROTOCOLLEN (8 segmenten, numerieke data) Adres 78 bevat het eerste cijfer (tiental) dat, bij gebruik van een 4+2 en 3+1 protocol, zal gerapporteerd worden voor een inschakeling. Deze code zal alleen overgestuurd worden als “inschakelrapporteringen”...
Pagina 71
ADRES 81 - RAPPORTERINGSCODE VOOR BEGIN EN EINDE LOCALE PROGRAMMERING , ALLEEN VOOR PULSPROTOCOLLEN (4 segmenten, numerieke data) Adres 81 bevat de 2 cijfers (tientallen en eenheden) die, bij gebruik van een 4+2 protocol, zullen gerapporteerd worden voor een “begin/einde locale programmering”. Deze codes zullen alleen overgestuurd worden als “rapportering begin/einde locale programmering”...
Programmatie van partitieparameters DE ADRESSEN 88-109 WORDEN GEBRUIKT OM HET KLANTNUMMER EN/OF DE EIGENSCHAPPEN VOOR IEDERE PARTITIE IN TE STELLEN. ALS EEN BEPAALD ADRES NIET GEPROGRAMMEERD WORDT, DAN WORDT VOOR DE BETREFFENDE EIGENSCHAP DE INSTELLING VAN PARTITIE 1 GEBRUIKT EN WORDT HET KLANTNUMMER GEBRUIKT DAT GEKOPPELD WERD AAN HET OP TE ROEPEN TELEFOONNUMMER.
Pagina 73
ADRES 91 - INGANGS/UITGANGSTIJDEN VOOR PARTITIE 2 (6 segmenten, numerieke data) Adres 91 wordt gebruikt om de ingangs/uitgangstijden voor partitie 2 te programmeren. Er zijn 2 aparte ingangstijden en 2 aparte uitgangstijden. Geldige waarden zijn van 10-255 seconden. Als alle segmenten op “0” gelaten worden, dan zullen de ingangs- en uitgangstijden van partitie 1 gebruikt worden.
Pagina 74
ADRES 94 - INGANGS/UITGANGSTIJDEN VOOR PARTITIE 3 (6 segmenten, numerieke data) Adres 94 wordt gebruikt om de ingangs/uitgangstijden voor partitie 3 te programmeren. Er zijn 2 aparte ingangstijden en 2 aparte uitgangstijden. Geldige waarden zijn van 10-255 seconden. Als alle segmenten op “0” gelaten worden, dan zullen de ingangs- en uitgangstijden van partitie 1 gebruikt worden.
Pagina 75
ADRES 97 - INGANGS/UITGANGSTIJDEN VOOR PARTITIE 4 (6 segmenten, numerieke data) Adres 97 wordt gebruikt om de ingangs/uitgangstijden voor partitie 4 te programmeren. Er zijn 2 aparte ingangstijden en 2 aparte uitgangstijden. Geldige waarden zijn van 10-255 seconden. Als alle segmenten op “0” gelaten worden, dan zullen de ingangs- en uitgangstijden van partitie 1 gebruikt worden.
Pagina 76
ADRES 100 - INGANGS/UITGANGSTIJDEN VOOR PARTITIE 5 (6 segmenten, numerieke data) Adres 100 wordt gebruikt om de ingangs/uitgangstijden voor partitie 5 te programmeren. Er zijn 2 aparte ingangstijden en 2 aparte uitgangstijden. Geldige waarden zijn van 10-255 seconden. Als alle segmenten op “0” gelaten worden, dan zullen de ingangs- en uitgangstijden van partitie 1 gebruikt worden.
Pagina 77
ADRES 103 - INGANGS/UITGANGSTIJDEN VOOR PARTITIE 6 (6 segmenten, numerieke data) Adres 103 wordt gebruikt om de ingangs/uitgangstijden voor partitie 6 te programmeren. Er zijn 2 aparte ingangstijden en 2 aparte uitgangstijden. Geldige waarden zijn van 10-255 seconden. Als alle segmenten op “0” gelaten worden, dan zullen de ingangs- en uitgangstijden van partitie 1 gebruikt worden.
Pagina 78
ADRES 106 - INGANGS/UITGANGSTIJDEN VOOR PARTITIE 7 (6 segmenten, numerieke data) Adres 106 wordt gebruikt om de ingangs/uitgangstijden voor partitie 7 te programmeren. Er zijn 2 aparte ingangstijden en 2 aparte uitgangstijden. Geldige waarden zijn van 10-255 seconden. Als alle segmenten op “0” gelaten worden, dan zullen de ingangs- en uitgangstijden van partitie 1 gebruikt worden.
Pagina 79
ADRES 109 - INGANGS/UITGANGSTIJDEN VOOR PARTITIE 8 (6 segmenten, numerieke data) Adres 108 wordt gebruikt om de ingangs/uitgangstijden voor partitie 8 te programmeren. Er zijn 2 aparte ingangstijden en 2 aparte uitgangstijden. Geldige waarden zijn van 10-255 seconden. Als alle segmenten op “0” gelaten worden, dan zullen de ingangs- en uitgangstijden van partitie 1 gebruikt worden.
Programmatie van de zoneconfiguratiegroepen ADRESSEN 110-169 WORDEN GEBRUIKT OM DE STANDAARDINSTELLING (zoals weergegeven in de tabel op pagina’s 48-51) VAN DE ZONECONFIGURATIES TE WIJZIGEN. NORMAAL IS HET NIET NODIG OM DEZE ADRESSEN TE WIJZIGEN. OM DEZE ADRESSEN TE KUNNEN WIJZIGEN IS EEN GEDEGEN KENNIS NODIG VAN DE BETEKENIS VAN IEDERE OPTIE. ADRES 110 - ALARMRAPPORTERINGSCODE CONFIGURATIEGROEP 1 (1 segment, numerieke data) Adres 110 bevat de alarmrapporteringscode (event code) die zal doorgestuurd worden bij gebruik van een SIA of Contact ID protocol.
Pagina 81
Aan: activeert snelle lusreactie (50 ms), Uit: standaard lusreactie Segment 3 (500 ms) Aan: instellen van dubbele weerstandsconfiguratie, Uit: enkele weerstand. Aan: activeert storingsrapportering (voor dagzones en brandzones) Aan: configuratiegroep ingesteld als “dubbelpuls-“ of “combinatiezone” Aan: activeert telefoonkiezervertraging (zie adres 40) Aan: configuratie groep zal swinger shutdown teller gebruiken (zie adres 38) Aan: zal herstelrapporten doorsturen...
Pagina 82
ADRES 117 - SELECTIE EIGENSCHAPPEN CONFIGURATIEGROEP 4 (5 segmenten, optie-data) Voor het selecteren van de eigenschappen, gebruik de tabel zoals weergegeven op adres 111. ADRES 118 – ALARMRAPPORTERINGSCODE CONFIGURATIEGROEP 5 (1 segment, numerieke data) Identiek aan adres 110, maar voor configuratiegroep 5. ADRES 119 - SELECTIE EIGENSCHAPPEN CONFIGURATIEGROEP 5 (5 segmenten, optie-data) Voor het selecteren van de eigenschappen, gebruik de tabel zoals weergegeven op adres 111.
Pagina 83
ADRES 129 - SELECTIE EIGENSCHAPPEN CONFIGURATIEGROEP 10 (5 segmenten, optie-data) Voor het selecteren van de eigenschappen, gebruik de tabel zoals weergegeven op adres 111. ADRES 130 – ALARMRAPPORTERINGSCODE CONFIGURATIEGROEP 11 (1 segment, numerieke data) Identiek aan adres 110, maar voor configuratiegroep 11. ADRES 131 - SELECTIE EIGENSCHAPPEN CONFIGURATIEGROEP 11 (5 segmenten, optie-data) Voor het selecteren van de eigenschappen, gebruik de tabel zoals weergegeven op adres 111.
Pagina 84
ADRES 141 - SELECTIE EIGENSCHAPPEN CONFIGURATIEGROEP 16 (5 segmenten, optie-data) Voor het selecteren van de eigenschappen, gebruik de tabel zoals weergegeven op adres 111. ADRES 142 – ALARMRAPPORTERINGSCODE CONFIGURATIEGROEP 17 (1 segment, numerieke data) Identiek aan adres 110, maar voor configuratiegroep 17. ADRES 143 - SELECTIE EIGENSCHAPPEN CONFIGURATIEGROEP 17 (5 segmenten, optie-data) Voor het selecteren van de eigenschappen, gebruik de tabel zoals weergegeven op adres 111.
Pagina 85
ADRES 152 – ALARMRAPPORTERINGSCODE CONFIGURATIEGROEP 22 (1 segment, numerieke data) Identiek aan adres 110, maar voor configuratiegroep 22. ADRES 153 - SELECTIE EIGENSCHAPPEN CONFIGURATIEGROEP 22 (5 segmenten, optie-data) Voor het selecteren van de eigenschappen, gebruik de tabel zoals weergegeven op adres 111. ADRES 154 –...
Pagina 86
ADRES 164 – ALARMRAPPORTERINGSCODE CONFIGURATIEGROEP 28 (1 segment, numerieke data) Identiek aan adres 110, maar voor configuratiegroep 28. ADRES 165 - SELECTIE EIGENSCHAPPEN CONFIGURATIEGROEP 28 (5 segmenten, optie-data) Voor het selecteren van de eigenschappen, gebruik de tabel zoals weergegeven op adres 111. ADRES 166 –...
Pagina 87
ADRESSEN 207-211 - GERESERVEERD ADRES 212 – PROGRAMMEER HET LCD CODEKLAVIER (1 segment, numerieke data) Indien men het XSIA kiezerprotocol wenst te gebruiken, dan dient er op de centrale minstens 1 LCD codeklavier aangesloten te zijn. De kiezer zal van het gespecificeerde LCD codeklavier de zoneomschrijvingen van taal 1 meesturen.
Pagina 90
DOWNLOAD OPTIES Segment 1 (Omcirkel gewenst functienummer) Activeert schakeling voor automatische beantwoorder (2 oproepen) Gereserveerd Vereist terugbelnummer alvorens een downloadsessie kan starten Shutdown centrale Blokkeert locale programmering Blokkeert locale programmering die verband houdt met telefoonkiezer Vergrendelt download sectie Terugbelnummer vormen bij autotest TERUGBELNUMMER 14-14-14-14-14-14-14-14-14-14-14- 14-14-14-14-14-14-14-14-14...
Pagina 91
ZONES 9-16, ZONECONFIGURATIES 6-6-6-6-6-6-6-6 ZONES 9-16, PARTITIESELECTIE (Segment 1=Zone 9 tot Segment 8=Zone 16) Segmenten Partitie 1 Partitie 2 Partitie 3 Partitie 4 Partitie 5 Partitie 6 Partitie 7 Partitie 8 6-6-6-6-6-6-6-6 ZONES 17-24, ZONECONFIGURATIES ZONES 17-24, PARTITIESELECTIE (Segment 1=Zone 17 tot Segment 8=Zone 24) Segmenten Partitie 1 Partitie 2...
Pagina 92
SIRENE- EN SYSTEEM OVERWAKING Segment 1 (Omcirkel gewenst functienummer) Sirene geactiveerd bij telefoonlijnfout wanneer systeem ingeschakeld is Sirene geactiveerd bij telefoonlijnfout wanneer systeem uitgeschakeld is Sirene geactiveerd bij inschakelen (puls) Sirene geactiveerd bij verstrijken uitgangstijd (puls) Sirene geactiveerd na ontvangst “kiss off” bij inschakelrapportering (puls) Sirene geactiveerd gedurende verificatietijd voor “dubbelpuls- of combinatiezone Sirene geactiveerd bij een zonesabotage of sabotage behuizing 1 resp.
Pagina 93
Segment 7 (Omcirkel gewenst functienummer) Aan: Bij telefoonlijnfout schakel kiessequentie van de centrale via GSM (indien NX-7002 aangesloten) Aan: Uitgangsfout enkel bij vertraagde zone 1 (Entry/Exit delay 1) Gereserveerd SWINGER SHUTDOWN TELLER INSTELLINGEN VOOR CODEKLAVIERZOEMER Segment 1 (Omcirkel gewenst functienummer) Zoemer geactiveerd bij telefoonlijnfout wanneer systeem ingeschakeld is Zoemer geactiveerd bij telefoonlijnfout wanneer systeem uitgeschakeld is Zoemer geactiveerd bij netfout...
Pagina 94
Uitgang tijdsgestuurd of gedesactiveerd na code-ingave Uitgang alleen te activeren tussen sluitingstijd en openingstijd Uitgang alleen te activeren tussen openingstijd en sluitingstijd Uitgang wordt geïnverteerd ( van 0 volt naar 12 volt bij activatie) Gereserveerd Gereserveerd PROGRAMMEERBARE UITGANG 1, EVENT & TIJD (relais 1 en open collector 1)
Pagina 95
AUTOMATISCHE TEST Segment 1 Programmeer een "1" om het testinterval in te stellen in uren, programmeer een “0” om het testinterval in te stellen in dagen. Tel een “2” bij om de dagelijkse test te onderdrukken of tel een “3” bij om een test met een interval in uren te onderdrukken, indien reeds een andere rapportering overgestuurd werd.
Pagina 96
RAPPORTERINGSCODE VOOR ZONEHERSTEL, ALLEEN VOOR PULSPROTOCOLLEN Segment 1 Partitie 1 rapporteringscode voor ‘zoneherstel’ Segment 2 Partitie 2 rapporteringscode voor ‘zoneherstel’ Segment 3 Partitie 3 rapporteringscode voor ‘zoneherstel’ Segment 4 Partitie 4 rapporteringscode voor ‘zoneherstel’ Segment 5 Partitie 5 rapporteringscode voor ‘zoneherstel’ Segment 6 Partitie 6 rapporteringscode voor ‘zoneherstel’...
Pagina 97
RAPPORTERINGSCODES, ALLEEN VOOR PULSPROTOCOLLEN GEDWONGEN IN/UITSCHAKELING (DURESS) PANIEKFUNCTIE 1 (handmatig brandalarm) PANIEKFUNCTIE 2 (handmatig medisch alarm) CODEKLAVIERFUNCTIE 3 (paniekalarm) BLOKKAGE CODEKLAVIER T.G.V. FOUTIEVE CODE-INGAVE SABOTAGE BEHUIZING EN HERSTEL SABOTAGE BEHUIZING 0-0-0-0 NETFOUT EN HERSTEL NETFOUT 0-0-0-0 0-0-0-0 BATTERIJFOUT EN HERSTEL BATTERIJFOUT 0-0-0-0 OVERSTROOM EN HERSTEL OVERSTROOM SIRENESABOTAGE EN HERSTEL SIRENESABOTAGE...
Pagina 98
PARTITIE 1, KLANTCODE 10-10-10-10-10-10 PARTITIE 2, KLANTCODE 10-10-10-10-10-10 PARTITIE 2, SELECTIE EIGENSCHAPPEN Segment 1 Segment 2 Segment 3 Snelinschakeling Uitschakelen codeklavierverlichting in/uitschakelingen Re-Exit Code-ingave vereist voor blokkeren zones Zoneblokkage Autom. blokkage (intern) Zoemerwaarschuwing voor zoneblokkage Zoneherstel Stil paniekalarm Zoemer voor netfout/batterijfout Zonestoring Luid paniekalarm Blokkage toggle...
Pagina 100
Inschakelen mogelijk met sabotage Gereserveerd geheugen/comm fout. Inschakelen mogelijk met batterijfout Gereserveerd Sleutelschakelaar voor ‘Aanwezig’ Gereserveerd INGANGS-/UITGANGSTIJDEN Segment 1 (Ingangstijd 1) Segment 2 (Uitgangstijd 1) Segment 3 (Ingangstijd 2) Segment 4 (Uitgangstijd 2) Gereserveerd Gereserveerd PARTITIE 6, KLANTCODE 10-10-10-10-10-10 PARTITIE 6, SELECTIE EIGENSCHAPPEN Segment 1 Segment 2 Segment 3...
Pagina 101
Segment 4 Segment 5 “te vroeg uit” – “te laat in” Desactiveert automatische blokkage geforceerde zones Automatische inschakeling ‘Aanwezig’ Gereserveerd Activeert “Night” direct mode Gereserveerd Sabotage alarm bij “sensor lost” indien partitie Gereserveerd ingeschakeld Activeert aanwezig direct mode Gereserveerd Inschakelen mogelijk met sabotage Gereserveerd geheugen/comm fout.
Pagina 102
CONFIGURATIEGROEP 1, ALARMRAPPORTERINGSCODE CONFIGURATIEGROEP 1, SELECTIE EIGENSCHAPPEN Segment 1 (Omcirkel gewenst functienummer) Brandzone (selecteren om brandzone te Vertraagde zone (volgt de ingangstijd 1 en uitgangstijd 1). programmeren) 24-uur zone(select. Om 24-uur zone te Sec. vertraagde zone (volgt de ingangstijd 2 en programmeren) uitgangstijd 2) Sleutelschakelaar...
MSCHRIJVING VAN DE AANSLUITKLEMMEN AANSLUITKLEMMEN OMSCHRIJVING Telefoontoestel b’. Aansluiting telefoonlijn b (blauw). Aansluiting telefoonlijn a (rood). Telefoontoestel a’. EARTH Aansluiting van de aarding. De NX-8 dient geaard te worden opdat de bliksembeveiliging efficient zou kunnen werken. Wisselspanningsingang 16.5 Vac voor verbinding van de secundaire van de transformator (16.5 Vac/35VA) BELL + &...
ZONE 7 Te verbinden met één zijde van lus 7. Verbind de andere zijde met de negatief (common) klem. Zowel het openen als het kortsluiten van de lus veroorzaken een alarm. Respecteer de aansluitingen voor enkele of dubbele weerstandsconfiguratie (zie aansluitschema).
1: R PPENDIX APPORTEREN VAN VASTE CODES IN ONTACT PROTOCOL In onderstaande tabel wordt een overzicht gegeven van de rapporteringscodes (event codes) die zullen overgestuurd worden (indien rapport geactiveerd werd) bij gebruik van CONTACT ID of SIA protocollen. RAPPORT CONTACT ID MANUELE TEST AUTOMATISCHE TEST UITSCHAKELING (codenummer)
2: R PPENDIX APPORTEREN VAN ZONECODES IN ONTACT De NX-8 heeft de mogelijkheid om SIA “level 1” rapporteringen te sturen naar ieder telefoonnummer. Elk SIA rapport bestaat uit een “Event Code” gevolgd door een “Zone-Identificatie” of “Code-Identificatie”. De “zone- identificatie” is het nummer van de zone in alarm. De “event code” kan gekozen worden uit onderstaande tabel en moet geprogrammeerd worden op het adres dat de rapporteringscode bevat van de zoneconfiguratiegroep.
Pagina 110
De NX-8 heeft de mogelijkheid om Contact ID rapporteringen te sturen naar ieder telefoonnummer. Elk Contact ID rapport bestaat uit een “Event Code” gevolgd door een “Zone-Identificatie”. De “zone-identificatie” is het nummer van de zone in alarm. De “event code” kan gekozen worden uit onderstaande tabel en moet geprogrammeerd worden op het adres dat de rapporteringscode bevat van de zoneconfiguratiegroep.
3: M PPENDIX ODULENUMMERS VOOR RAPPORTEREN STORING UITBREIDINGEN EN CODEKLAVIEREN De onderstaande tabellen geven een overzicht van de modulenummers die zullen gerapporteerd worden voor elke storingsconditie bij een uitbreidingmodule of codeklavier. Voor storingscondities die verband houden met de centrale wordt modulenummer “0” gebruikt. Codeklavieren Klavier PART 1...