7
WEB AREA EN VEILIGHEID
WEB AREA
- INSTALLATEUR
Toegangscontroles
Standaardinstallateur
Structuur
Statistieken
Groepen
Gebruikers
Overzicht wekelijkse
Identificatie
toegangen
Agenda's
Verbindingen
Doorgangen
Laatste
Inrichtingen
toegangen
Structuur
Nieuw gebied
Groepen
Lijst gebieden
Gebruikers
Nieuwe gebouw
Identificatie
Lijst gebouwen
Agenda's
Nieuwe flat
Verbindingen
Lijst flats
Doorgangen
Inrichtingen
Structuur
Nieuwe doorgang
Groepen
Lijst doorgang
Gebruikers
Identificatie
Agenda's
Verbindingen
Doorgangen
Inrichtingen
Structuur
Nieuwe apparaat
Groepen
Geconfigureerd
Gebruikers
Niet geconfigureerd
Identificatie
Agenda's
Verbindingen
Doorgangen
Inrichtingen
Structuur
Nieuwe groep
Groepen
Lijst groepen
Gebruikers
Identificatie
Agenda's
Verbindingen
Doorgangen
Inrichtingen
Structuur
Nieuwe gebruiker
Groepen
Lijst gebruikers
Gebruikers
Import gebruikers
Identificatie
Agenda's
Verbindingen
Doorgangen
Inrichtingen
Structuur
Identificatiegegevens toevoegen
Groepen
Toegewezen afstandsbedieningen
Gebruikers
Niet-toegewezen afstandsbedieningen
Identificatie
Toegewezen identificatoren
Agenda's
Niet-toegewezen identificatoren
Verbindingen
Aanmaak afstandsbedieningen
Doorgangen
Inrichtingen
6 – Nederlands
Gebruikersnaam: installer
Standaardwachtwoord: password
Het wachtwoord kan gewijzigd worden in het menu "Wachtwoord wijzigen".
Menu voor configuratie en beheer van de besturingseenheid voor toegangscontrole
Gebruikersstatistieken en uitgevoerde toegangen
Grafiek van de wekelijkse toegangen
Lijst laatste toegangen
Doorgangen: drukknoppen voor handmatig openen en sluiten
Doorgangen
Configuratie hardware, back-up en update software
Creatie van een of meer gebieden, gebouwen en flats
Gebied: laat toe een of meer gebieden te creëren en te beheren via herkenningslezers.
Gebouw: creatie en invoer van de gegevens van de gebouwen
Flat: creatie en toewijzing aan het respectieve gebouw
Om de installatie te versnellen, is voor ieder gebied, gebouw en flat een standaard gecreëerd.
Creatie van de doorgangen op basis van de aanwezige automatiseringen in het gebied en in het
gebouw
Aan de doorgang worden toegekend: het gebied waartoe deze behoort en de richting
Om het werk van de installateur te versnellen, zijn standaarddoorgangen gecreëerd (zie tabel 1). De
eerste vier doorgangen zijn bestemd voor de aansluiting van algemene automatiseringen, de vijfde
dient voor de koppeling van de automatiseringen op BusT4.
Opmerking: er gelden geen beperkingen voor doorgangen bij gebruik van Nice-automatiseringen
op BusT4.
Koppeling van de inrichtingen (sensoren, motoren, ontvangers enz.) op de doorgangen
De op BusT4 aangesloten automatiseringen worden herkend door in de lijst van de te configureren
inrichtingen op de toets ZOEKEN te drukken om ze vervolgens in de gewenste doorgang op te
nemen.
Met het oog op een correcte werking moeten de herkenningsinrichtingen met Wiegand-interface,
de ingangen en de uitgangen met potentiaalvrij contact aan de respectieve doorgang worden ge-
koppeld.
Beheer van groepen
Het is mogelijk om groepen te creëren van verschillende gebruikers die gekoppeld zijn aan geperso-
naliseerde agenda's.
De uitsluiting van de groep uit de antipass back-functies kan in de detailgegevens worden ingesteld.
Om het werk van de installateur te versnellen, is een standaardgroep gecreëerd die aan de agenda
"Allowed 24/7" gekoppeld is en dus 24 uur op 24 en 7 dagen op 7 toegang heeft.
Import van de gebruikers van een lijst in een csv-bestand met aangepaste formattering
Creatie van een of meer nieuwe gebruikers die tot dezelfde flat behoren en beheer van de gebruikers
via de knop "Details".
Aan een nieuwe gebruiker kan een nieuwe identificatiecode worden gekoppeld, hetzij uit een be-
staande lijst, hetzij door de code via het interne radiosignaal of een externe lezer in te lezen.
Na selectie van de ingelezen data koppelt de zender/RFID-inrichting de actie aan de doorgang (bv.
opening - doorgang1).
We raden aan om een gebruiker met naam "#default" te creëren; dan kunt u van de functionaliteiten voor het kopi-
ërën van zëndërs gëbruikmakën, zowël vlak bij dë bësturingsëënhëid als in dë omgëving van dë automatisëringën.
Creatie van een nieuwe identificatiecode via intern radiosignaal of externe lezers. Het is ook mogelijk
om de codes van de door de OXI-ontvanger gelezen zenders te importeren.
De zender of RFID-identificatiecode kan aan een gebruiker worden toegewezen en aan de actie van
de gewenste doorgang worden gekoppeld.
Niet-toegewezen zenders of RFID-identificatiecodes worden in de lijst "Niet-toegewezen" vermeld
en kunnen via de knop "Details" worden geconfigureerd.
Via de functie "Aanmaak radio-instructies" kan een lijst van zenders met opgaande codes worden
gecreëerd.