Inbouwvoorschriften/montage
• Neem de desbetreffende nationale voorschriften en bepalingen in acht.
• Vermijd statische opladingen aan kunststofapparaten en kabels.
• Bescherm apparaat en kabel tegen vernieling.
• De behuizing van de capacitieve sensor moet via de ader die zich in de aansluitlkabel
bevindt, worden aangesloten op het equipotentiaal.
Inbouwvoorschriften KX-2015-N/NI voor zone 0 / zone 1 (gas)
• Het apparaat is niet geschikt voor inbouw in scheidingswanden zone 0 / zone 1.
Inbouwvoorschriften KX-2015-N/NI voor zone 20 / zone 21 / zone 22 (stof)
• Bij inbouw van de sensor in de tankwand of bij het doorvoeren van de kabel door de
tankwand moet de overgangslocatie (A) tussen zone 20 en zone 21 stofdicht worden
afgedicht.
• Er moet worden voldaan aan de eisen van de EN 61241-14 bijv. met betrekking tot de
stofophoping en temperaturen.
20 = zone 20/21, zone 21
A = overgangslocatie tussen zone 20 en zone 21
Onderhoud
Er mogen geen wijzigingen aan het apparaat worden uitgevoerd; reparaties zijn niet
mogelijk. Neem bij storingen contact op met de fabrikant.
Indien nodig kunt u het datablad, EG-typegoedkeuringscertificaat of EG-
conformiteitsverklaring bij de fabrikant aanvragen.
NL
3