Configuratieopties
Afhankelijk van uw configuratie zijn de labels van sommige interfaceknoppen
gewijzigd. Zie Tabel 2 hieronder.
Tabel 2: Geconfigureerde wijzigingen van interfaceknoppen en indicatie-LED's
Item
EN 54
10
Alle uitgangsgroepen starten/stoppen
11
Programmeerbare uitgangsgroep
starten/stoppen
15
Signaalgevers Aan/Stop
Bedieningselementen en indicatie-LED's op het
voorpaneel
Het is mogelijk dat de in deze sectie beschreven bedieningsfuncties niet voor alle
gebruikers beschikbaar zijn. Meer informatie over de bediening van de centrale
en toegangsrestricties vindt u in het onderwerp "Gebruikersniveaus" op
pagina 19.
Standaardbedieningselementen en indicatie-LED's
Onderstaande tabel bevat informatie over de standaardbedieningselementen en
indicatie-LED's voor brandmeldcentrales, herhaalpanelen en
ontruimingscentrales.
Tabel 3: Standaardbedieningselementen en indicatie-LED's
Bedieningselement/
Indicatie-LED
Indicatie-LED Voeding
Indicatie-LED
Algemene test
Indicatie-LED
Algemeen uit
Indicatie-LED
Algemene storing
Indicatie-LED Alarm
2X Series Bedieningshandleiding
Kleur
Beschrijving
indicatie-LED
Groen
Geeft aan dat het systeem is opgestart.
Geel
Geeft aan dat een of meerdere functies of melders
worden getest.
Geel
Geeft aan dat een of meerdere functies of melders
zijn uitgeschakeld.
Geel
Geeft een algemene storing aan. De storings-LED
van de overeenkomende melder of functie
knippert ook.
Rood
Geeft een brandalarm aan.
Een knipperende LED geeft aan dat het alarm
door een detector werd geactiveerd. Een rood
brandende indicatie-LED geeft aan dat het
brandalarm door een handbrandmelder werd
geactiveerd.
NEN 2575
Starten/stoppen voor alle
ontruimingsgroepen
Signaalgevers voor ontruimingszone
starten/stoppen
Brandmeldsignaalgever starten/stoppen
5