8BHoofdstuk 9: Live-weergave
Video-uitgang
De DVR controleert automatisch de gebruikte monitoruitgangen. Indien meer dan
een monitor is aangesloten, wordt vervolgens bepaald welke monitor de
hoofdmonitor is en welke de gebeurtenismonitor. De gebeurtenismonitor wordt
gebruikt om gedetecteerde gebeurtenissen weer te geven, zoals beweging. Er
kan slechts één monitor tegelijk worden bediend.
Indien een HDMI-monitor wordt gebruikt, is dit de hoofduitvoer. Indien zowel
HDMI- als VGA-monitoren zijn aangesloten op de DVR, zijn beide monitoren
hoofdmonitoren en geven ze dezelfde weergave weer. U kunt ze echter niet
afzonderlijk bedienen.
Zie Live-weergave bedienen op pagina 62 voor meer informatie over het instellen
van de monitoren.
Live-weergave bedienen
Veel van de eigenschappen van de live-weergave zijn snel toegankelijk door de
cursor op een livebeeld te plaatsen en op de rechtermuisknop te klikken. Het
muismenu wordt weergegeven (zie Afbeelding 12 hieronder).
Afbeelding 12: Het muismenu voor de hoofdmonitor
Het overzicht van beschikbare opdrachten is afhankelijk van welke monitor actief
is; hoofd of extra (monitor B). Zie Tabel 8 hieronder. De standaardinstellingen
van deze opdrachten zijn te vinden in Bijlage G, "Standaard menu-instellingen"
op pagina 143.
62
TruVision DVR 11 Gebruikershandleiding