Beweeg de gevoeligheidsschuifbalk naar het gewenste gevoeligheidsniveau.
De hoogste waarde bevindt zich rechts op de balk.
6. Geef het doelformaat op.
Geef bij de optie Target size (Doelformaat) op hoeveel rasterblokjes moeten
zijn geactiveerd voordat de beweging wordt gedetecteerd. Selecteer een
waarde van 0 t/m 255 vierkantjes.
7. Selecteer de camera's waarmee u de gedetecteerde beweging wilt opnemen.
Klik op
Rule
(Regel). Het venster Rule (Regel) wordt weergegeven. Klik op
de tab
Trigger Channel
wordt opgenomen wanneer een bewegingsalarm is geactiveerd. Klik op
Apply
(Toepassen) om de instellingen op te slaan.
8. Selecteer de opnameschema's voor bewegingsdetectie.
Klik in het venster Rule (Regel) op de tab
en selecteer de dag van de week en de tijdstippen van de dag wanneer
beweging kan worden opgenomen. U kunt maximaal 8 tijdstippen in een dag
plannen. De standaardinstelling is 24 uur.
Klik op
Apply
(Toepassen) om de instellingen op te slaan. Klik op
(Kopiëren) om de instellingen naar andere dagen van de week te kopiëren.
Opmerking: Ingestelde tijdperioden mogen elkaar niet overlappen.
9. Selecteer de reactiemethode voor bewegingsdetectie.
Klik in het venster Rule (Regel) op de tab Rule (Regel) om de methode te
definiëren waarmee u wilt dat de DVR u op de hoogte stelt van het alarm. Klik
op
Apply
(Toepassen) om de instellingen op te
TruVision DVR 11 Gebruikershandleiding
(Kanaal activ.) en selecteer de camera's waarmee
Arming schedule
4BHoofdstuk 5: Alarminstellingen
(Kalender insch.)
Copy
slaan.
29