In werking stelling
Afstelling van het gasblok
Meting van de ionisatiestroom
De ionisatiestroom kan op het hiervoor
voorziene meetpunt gemeten worden.
Neem de meetbrug 1 weg en sluit een
meettoestel van het type multimeter
met meetzone van 0 tot 100 µA aan.
De stroom van de vlam moet minstens
8 µA bedragen.
Afstelling van het gasblok
· Maak de afsluitvijzen aan de
drukmeetnippels los en sluit de
drukmeettoestellen aan.
· Gebruik de vijs pG om de gasdruk
pBr af te stellen in de kop. Het
afstellen gebeurt m.b.v. een
Inbus-sleutel van 2,5 mm.
· Stel de nominale druk (vijs pG) en de
opening van de luchtklep (knop
103B) af.
· Stel de brandstofkop af met de vijs Y.
· Breng de brander terug op de
gasdruk pS. Hiervoor :
· Los de vijs ST met twee toeren. De
druk pS blijft constant.
· Meet de gasdruk pBr = pS en
vergelijk deze met die van de tabel.
· Verfijn de afstelling van de kop met
de vijs Y.
· Controleer de verbrandingswaarden.
· Zet de vijs ST terug vast. Na
ongeveer 8 s kan men de gasdruk
pG terug afstellen.
Geschiktheid van de afstelling
nazien
· Plaats de brander in nominaal
vermogen.
· Meet de druk aan de meetnippel van
de ingang (punt 119 op de klep) en
op pBr.
· Sluit de manuele klep achter de
gasinlaat langzaam tot de
ingangsgasduk op punt 119 2 mbar
daalt.
· Tijdends deze stap mag de gasdruk
op pBr niet meer dalen dan max.
10%. Indien dit wel zo is, moet men
de afstelling nazien en verbeteren.
0112 / 13 004 013C
Voorbeeld :
Voor een vermogen van 60 kW bij een
EK 01.9 G/F-T-brander en een gasdruk
van 20 mbar, komen volgende
afstelllingen overeen :
– Afstelling brandstofkop : 20 mm
– Opening van luchtklep : 6,5
– Afstelling van gasdruk aan ingang
op pBr = 5 mbar (met vijs pS)
– Afstelling van nominale gasdruk
op pBr = 5,7 mbar (met vijs pG).
Indien de afstelling van de installatie
niet geschikt blijkt, mag de
installatie niet opgestart worden.
· De manuele klep van de gasingang
terug openen.
13