Bij het testen in de fabriek wordt de hoge-toerennaald zo
ingesteld dat de motor voldoet aan de geldende wettelijke
eisen en tevens maximaal presteert. De hoge-toerennaald
van de carburateur wordt vervolgens vastgezet met een
bewegingsbegrenzer in maximaal uitgeschroefde stand. De
bewegingsbegrenzer beperkt de instelmogelijkheid tot
maximaal een halve slag.
N.B.! Het ontstekingssysteem heeft een geïntegreerde
toerentalbegrenzer, die voorkomt dat het toerental van de
motor hoger wordt dan 13600 t/min. Door het instellen
(inschroeven) van de hoge-toerennaald komt het toerental
niet boven de 13600 t/min. Wanneer de toerentalbegrenzer
wordt geactiveerd hoort men hetzelfde geluid als wanneer de
motorzaag als viertaktmotor loopt.
Voor een optimale afstelling van de carburateur, moet men
beroep doen op een vakman die over een toerenteller beschikt.
N.B.! Omdat de vonk wordt onderbroken, geeft de toerenteller
geen toerental aan dat boven de 13600 t/min uitkomt.
Correct afgestelde carburateur
Een correct afgestelde carburateur houdt in dat de machine
zonder enige aarzeling accelereert en dat de machine een
ietsje "lalt" bij vol gas geven. Verder mag de ketting niet
roteren bij stationair draaien. Een te arm afgestelde L-naald
kan tot startmoeilijkheden en slecht accelereren leiden. Een
te arm afgestelde H-naald leidt tot een lager vermogen van de
machine, een slechte acceleratie en/of motorbeschadiging.
Controle, onderhoud en service van
de veiligheidsuitrusting van de
motorkettingzaag
Let op! Om service en reparaties aan de machine uit te
voeren, is een speciale opleiding nodig. Dit geldt vooral voor
de veiligheidsuitrusting van de machine. Als de machine
één van de volgende controles niet goed doorstaat, raden
wij aan dat u naar uw servicewerkplaats gaat.
Kettingrem met terugslagbeveiliging
Controle van slijtage aan de remvoering
Maak de kettingrem en de koppelingtrommel vrij van
spaanders, hars en vuil. Vuil en slijtage hebben een negatieve
invloed op het remvermogen.
Controleer regelmatig of de dikte van de remvoering op de
meest versleten plaats tenminste 0,6 mm bedraagt.
30 –
Dutch
ONDERHOUD
Terugslagbeveiliging controleren
Controleer of de terugslagbeveiliging geen zichtbare
beschadigingen vertoont zoals materiaalbarsten.
Duw de terugslagbeveiliging naar voren en terug om te
controleren of hij makkelijk loopt en of hij stabiel verankerd is
bij zijn verbinding in het koppelingdeksel.
Controle van het traagheidsmechanisme
Hou de motorzaag, met de motor uit, boven een boomstronk
of een ander stabiel voorwerp. Laat de voorhandgreep los en
laat de motorzaag door zijn eigen gewicht, draaiend rond de
achterhandgreep, naar de stronk vallen.
Wanneer de punt van het zaagblad de stronk raakt, moet
de rem geactiveerd worden.