Opmerkingen omtrent uw veiligheid en
~
Tijdens installatie-, onderhouds- en
herstellingswerken moet de dampkap
van het elektriciteitsnet losgekoppeld
zijn. Het toestel is pas stroomloos als
aan een van deze voorwaarden is vol-
daan:
– De zekeringen in uw zekeringenkast
zijn uitgeschakeld.
– De schroefzekeringen in uw
zekeringenkast zijn helemaal uitge-
draaid.
– de stekker is uit het stopcontact ge-
trokken.
Bij aansluiting via een stekker: trek
niet aan de kabel, maar aan de stek-
ker.
~
Gebruik uit veiligheidsoverwegingen
geen stopcontactenblokken of
verlengkabels om de dampkap aan te
sluiten. Die bieden niet voldoende vei-
ligheidsgaranties. Er bestaat onder an-
dere gevaar voor oververhitting.
~
Bij toestellen met een externe venti-
lator (type ...EXT) sluit u beide ele-
menten via de verbindingsleiding op el-
kaar aan.
Deze toestellen mag u enkel verbinden
met een externe ventilator van Miele.
~
Deze dampkap mag niet op
niet-vaste plaatsen (bijv. op een schip)
worden gebruikt.
6
Gelijktijdig gebruik van de dampkap
en verwarmingstoestellen die lucht
uit hetzelfde vertrek nodig hebben
Let op: er bestaat risico op vergifti-
ging!
~
Wees uiterst voorzichtig als u de
dampkap gelijktijdig met verwarmings-
toestellen gebruikt die lucht uit hetzelf-
de vertrek nodig hebben.
Voorbeelden zijn verwarmingstoestellen
op gas, stookolie, hout of steenkool,
doorstroomtoestellen, boilers, gaskook-
vlakken en -ovens.
De dampkap - als ze met luchtafvoer of
met een externe ventilator werkt - zuigt
immers uit de keuken alsook uit de ver-
trekken ernaast lucht weg.
Zonder voldoende luchttoevoer ontstaat
er onderdruk. Het vuur krijgt daardoor
te weinig verbrandingslucht. En de ver-
branding zal daar nadeel van
ondervinden.
Door de zuigkracht van de dampkap
kunnen er giftige uitlaatgassen van het
verwarmingstoestel uit de schoorsteen
terugstromen in de woning. Dit is le-
vensgevaarlijk!