Richtlijnen voor het installeren van de
buitenunit
• Als er een muur of een ander obstakel in de weg staat van de luchtinlaat of de luchtuitlaat, dient u de installatie richtlijnen
hieronder te volgen.
• Bij montage in situaties als weergegeven in de onderstaande afbeeldingen moet de muurhoogte aan uitlaatzijde minimaal
1200mm hoog zijn.
uur aan een kant
instens 100
Zo bepaalt u de installatielocatie voor
de binnenunits
• De maximaal toegestane lengte van de koelmiddelleidingen en het maximaal toegestane hoogteverschil tussen de buiten- en bin-
nenunits zijn hieronder weergegeven.
(Hoe korter de koelmiddelleidingen, hoe beter. Maak de aansluitleidingen altijd zo kort mogelijk. Minimale toegestane leidin-
glengte per ruimte is 3m.)
Capaciteit van buiteneenheid
Leidingen naar elk van de binneneenheden
Totale lengte van leidingen tussen alle eenheden
Niveauverschil:
Niveauverschil:
(Alleen
Max. 15m
Max. 7,5m
warmtepompeenheid)
Als de buiteneenheid hoger is geplaatst dan de binneneenheden.
5
instens 350
1200
of minder
Zijaanzicht
Binneneenheid
Buiteneenheid
Muren aan twee kanten
Minstens
100
Minstens 50
Muren aan drie kanten
Minstens 50
Bovenaanzicht
4MXS68, 4MKS75
max. 25m
max. 60m
Niveauverschil:
Max. 15m
Niveauverschil:
Max. 7,5m
(Alleen warm-
tepompeenheid)
Als de buiteneenheid anders geplaatst is.
(Als deze lager is dan één of meer binneneenheden)
Minstens 350
Minstens 50
Bovenaanzicht
Minstens 100
Minstens 350
Eenheid: mm
3MXS68
max. 25m
max. 50m
Buiteneenheid
Binneneenheid
■Nederlands