1 2 3 4 5 6
❑
Als er een foutmelding wordt weergegeven
Als er een foutmelding op uw tv verschijnt, raadpleegt u "Foutmeldingen" hieronder om de oorzaak te bepalen en het probleem op te lossen. Volg de aanwijzingen op het tv-scherm
om de meting opnieuw te laten beginnen.
Foutmeldingen
Foutmelding
ERROR E-1
Test svp in een stillere omgeving.
Geen MIC. aangesloten. Svp de MIC. nakijken en probeer
ERROR E-2
opnieuw.
ERROR E-3
Onverwachte storing gevonden. Probeer svp opnieuw.
Kijk svp de positie van de MIC. na. Deze hoort voor de
ERROR E-4
sound projector te zijn. Probeer svp opnieuw.
Kijk svp de positie van de MIC. na. Deze hoort verder dan
ERROR E-5
1,8 m te zijn. Probeer svp opnieuw.
Volumeniveau is lager dan verwacht. Kijk svp de positie/
ERROR E-6
connectie van de MIC. na en probeer opnieuw.
Onverwachte error gevonden. Svp uitschakelen en
ERROR E-7
probeer opnieuw.
ERROR E-9
Controleer de verbinding met subwoofer.
Oorzaak
Er is te veel ruis of ander storend geluid in uw luisterruimte.
De IntelliBeam-microfoon is losgekoppeld.
Er zijn andere handelingen uitgevoerd op dit toestel.
De IntelliBeam-microfoon bevindt zich niet recht voor het
toestel.
De IntelliBeam-microfoon bevindt zich niet op de juiste
afstand van het toestel.
De IntelliBeam-microfoon kan het door dit toestel
geproduceerde geluid niet correct waarnemen.
Er heeft zich een interne systeemfout voorgedaan.
De subwoofer is niet correct verbonden.
Oplossing
Schakel apparaten die geluid maken, zoals een
airconditioning, uit, of plaats het toestel uit de buurt van
dergelijke apparatuur.
Misschien moet u een bepaalde tijd tijdens de dag kiezen
wanneer er zo min mogelijk storend geluid van buiten komt.
Verbind de IntelliBeam-microfoon met de INTELLIBEAM
MIC-aansluiting op de voorkant van dit toestel en start de
meting opnieuw.
Start de meting opnieuw. Voer tijdens de meting geen andere
handelingen uit met dit toestel.
Plaats de IntelliBeam-microfoon vóór dit toestel en start de
meting opnieuw.
Plaats de IntelliBeam-microfoon op een afstand van meer dan
1,8 m van dit toestel en start de meting opnieuw.
Plaats de IntelliBeam-microfoon op de juiste plaats,
controleer de aansluiting en start de meting opnieuw.
Druk op z om dit toestel uit te zetten en voer vervolgens de
procedure AUTOM. SETUP nogmaals uit na dit toestel te
hebben ingeschakeld.
• Controleer of de subwoofer correct is aangesloten (p. 29).
• Selecteer aan de hand van de verbindingsmethode van de
subwoofer (via bedrading/draadloos) "Subwoofer" bij
"Beam", stel "Bas Uitgang" in via het instelmenu en start de
meting opnieuw.
➤
f Begininstellingen
VOORBEREIDINGEN
36
Nl