Opmerking
▪
Is de kabel te lang, breng dan het teveel aan lengte samen naar 1 punt en laat
deze als een lus uit de kabelgoot komen. Pak de kabels dubbel en rol deze op
als een spiraal om interferentie te voorkomen
Ga nu verder bij VIII. ACCESSOIRES PLAATSEN
Gaat u geen accessoires plaatsen, ga verder bij IX. KABELS OP DE HEADUNIT AANSLUITEN
■ VI. TRANSDUCER PLAATSEN, BINNENBOORD VERLIJMD
Het verlijmen van de transducer aan de binnenzijde van de romp geeft doorgaans goede resultaten in
enkelwandige polyesterboten. Humminbird kan geen optimale prestaties garanderen betreffende de
dieptewerking bij gebruik van een verlijmde transducer binnenboord. Dit omdat toch sprake is van
enig signaalverlies. In welke mate is afhankelijk van constructie en materiaal(dikte) van de romp,
transducerlocatie en signaalverwerking.
Opmerkingen
▪
Bij plaatsing binnenboord functioneert de interne temperatuurmeter niet. U kunt de aanschaf van een
separate temperatuurmeter overwegen of u kunt een ander type transducer overwegen. Verkrijgbaar
zijn: spiegel-, trollingmotor- of door-de-romp bevestigingen. U kunt uw huidige transducer omruilen
indien deze nieuw in de verpakking zit met evt. bijbetaling van het prijsverschil. Voor informatie, neem
contact op met uw verkooppunt of de importeur.
▪
Zorg voor een correct gemonteerde en goed functionerende Humminbird headunit aan boord voor u de
transducer gaat plaatsen.
Let op
▪
Voor plaatsing binnenboord heeft u langzaam uithardende 2 componenten epoxy nodig. Siliconenkit of
andere verlijmingsproducten zijn niet geschikt! Deze hebben een nadelige invloed op de
gevoeligheidsmeting van de fishfinder. Ook in 5 minuten uithardende epoxy is niet geschikt! Tijdens
het snelle uithardingsproces zijn niet alle luchtbellen uit de lijm verdwenen, waardoor het sonarsignaal
moeizamer doorgegeven kan worden. Dit resulteert in een matige kwaliteit van uw sonarbeeld.
Dit hoofdstuk bestaat uit 4 paragrafen:
1. Bevestigingslocatie bepalen
2. Testen
3. Transducerkabel aanleggen en aansluiten
4. Bevestiging definitief afronden
1. Bevestigingslocatie bepalen
Om de beste locatie te bepalen neemt u onderstaande punten in acht:
■ Observeer de romp aan de buitenkant en stel vast waar turbulentie niet/weinig voorkomt.
Locaties met spraylatten, platen, klinknagels en nabij de propeller zijn niet geschikt.
■ Bij transducerplaatsing binnenboord in boten met hoge(re) vaarsnelheden dient deze verder naar
achter en zo dicht mogelijk bij de middellijn bevestigd te worden. Tijdens snel varen komen boeg
en zijflanken uit het water, dit verstoort de overdracht van het sonarsignaal. De transducerlocatie
dient te allen tijde in het water te blijven.
Klinknagels spiegel plaatgang romp
2.Testen
Wanneer de transducer eenmaal verlijmd is, is bijstellen onmogelijk. Daarom gaan we eerst testen of
de gekozen bevestigingslocatie geschikt is door te varen met verschillende snelheden.
1. Stop de stekker van de transducerkabel in de juiste aansluiting achter op de headunit en zet de
headunit aan. Wanneer de headunit een correct werkende transducer waarneemt, zal de
fishfinder gewoon opstarten in de Normale modus.
130
knik
spraylat