9
Bijlage - technische gegevens
9.1
Typeplaatje
Het typeplaatje van de brander bevindt zich ofwel
•
op de frontplaat bij brandertypes in uitvoering MONObloc tot constructiemaat 5001.1
•
of zijdelings aan de schakelkast bij brandertypes in uitvoering MONObloc en DUObloc
vanaf constructiemaat 5001
Fig. 9-1 Voorbeeld typeplaatje gasbrander marathon
9.2
Toegelaten brandstoffen
Standaard zijn dreizler marathon
(gassen van de openbare gasvoorziening). Andere gassen zoals vloeibare, stort- of biogassen worden pro-
jectmatig overeengekomen.
®
marathon
-branders voor gelijktijdige verbranding van olie en gas/oliebranders en hun componenten zijn
voor gebruik met stookolie Extra Light volgens DIN 51603-T1 in het temperatuurbereik +5°C... +30°C en
een maximaal stikstofgehalte van <=200 mg/kg ontworpen. Andere kwaliteiten van stookolie of vloeibare
brandstoffen zoals biodiesel, alcohol, zware oliën enz. hebben mogelijk speciale uitrustingen nodig en wor-
den projectmatig overeengekomen. Vraag dit a.u.b. na bij de fabriek.
GEVAAR!
Niet-toegestane of ongeschikte brandstoffen kunnen serieel gebruikte dichtingsmiddelen bescha-
digen en daardoor lekken veroorzaken.
Lekken aan de buitenkant van de brander vormen een gevaar voor het milieu.
Lekken in de brander hebben een invloed op de verbrandingskwaliteit en kunnen voor een terugslag van
de vlam of ontbranding zorgen.
dreizler A 3003 NL - 22.08.2016 | A 2086 NL - 3.16 | NL - 25.07.2016
®
M 10001.4
®
-gasbranders voor gebruik van gassen van categorie II
Bijlage - technische gegevens
ontworpen
2R/3R
23