1
Afb. 1 Bedieningselementen
Draaischakelaar
MultiControl of Smart-
Control
Aanvullende eisen in de bedienings- en montagehand-
leiding van de Air Top Evo 40 | 55 en het bedieningsele-
ment in acht nemen.
De Air Top Evo 40 | 55 kan met verschillende bedieningselemen-
ten worden uitgerust. Een combinatie van bedieningselementen
is mogelijk.
3.2
Voertuigverwarming instellen
AANWIJZING
Afhankelijk van het type voertuig kan de automatische
airco deze instellingen automatisch resp. gedeeltelijk
zelf aanbrengen. Laat u zich informeren door uw dealer
over de optimale instellingen.
1.
Voor het inschakelen van het verwarmingsapparaat (bij in-
geschakeld contact) de voertuigverwarming op "warm" zet-
ten.
2.
De voertuigventilator op de laagste stand (lager stroomver-
bruik) instellen.
3.3
Verwarmingsapparaat in- en
uitschakelen
Het in- en uitschakelen van het verwarmingsapparaat gebeurt
door verschillende schakelsignalen. Afhankelijk van de uitrusting
van het systeem worden de schakelsignalen tot stand gebracht
door een schakelaar, een bedieningselement of een klimaatre-
geling.
GEVAAR
Verstikkings- en explosiegevaar
Bij ADR-voertuigen: het verwarmingsapparaat mag al-
leen handmatig via een schakelaar worden ingescha-
keld. Het verwarmingsapparaat mag niet automatisch
via een programmeerbare schakelaar worden ingescha-
keld.
GEVAAR
Oververhitting mogelijk
Een noodstopschakelaar mag alleen in geval van gevaar
worden bediend, omdat het verwarmingsapparaat zon-
der naloop wordt uitgeschakeld.
9030682B OI Air Top Evo 40 _ 55 NL
2
4
3
WHE000030A
ThermoCall TC4 en Thermo-
Connect met app
UniControl
AANWIJZING
Het verwarmingsapparaat altijd via bedieningsele-
ment uitschakelen
Na het uitschakelen via het bedieningselement gaat het
verwarmingsapparaat over in een korte geregelde na-
loopfase. Ondeskundig, nalooploos uitschakelen kan tot
beschadiging van het verwarmingsapapraat leiden.
3.4
Verwarmingsapparaat gebruiken in
voertuigen voor het transport van
gevaarlijke stoffen (ADR)
Bij voertuigen voor het transport van gevaarlijke stoffen (ADR)
kan geen vooraf gekozen tijd worden ingesteld. De SmartCon-
trol (indien aanwezig) geeft de resterende verwarmingsappa-
raatwerkingstijd (resterende looptijd) weer.
AANWIJZING
In de volgende gevallen is er een ADR-naloop:
- het generatorsignaal (D+, lichtmachine) valt weg.
- de bij het voertuig horende PTO (nevenaandrijving)
wordt in bedrijf genomen.
Na de beëindiging van de ADR-naloop bevindt het ver-
warmingsapparaat zich in ADR-vergrendeling.
AANWIJZING
ADR-vergrendeling opheffen:
u
De bij het voertuig horende PTO buiten bedrijf stel-
len.
u
Het verwarmingsapparaat door het uitschakelen en
aansluitend inschakelen via het bedieningselement
weer in bedrijf nemen.
3.5
Verwarmingsapparaat inschakelen
na automatisch uitschakelen
AANWIJZING
Verlies van de verwarmingsfunctie mogelijk
Na automatisch uitschakelen moet het verwarmingsap-
paraat handmatig opnieuw worden ingeschakeld. Het
verwarmingsapparaat kan door het uitschakelen en
aansluitend inschakelen via het bedieningselement weer
in bedrijf worden genomen.
4
Brandstof
Het verwarmingsapparaat is aangesloten op de voertuigtank of
op een afzonderlijke brandstoftank.
u
Geschikte brandstoffen:
– Air Top Evo 40 | 55 B: benzine DIN EN 228
– Air Top Evo 40 | 55 D: diesel DIN EN 590, biodiesel DIN
EN 14214, HVO DIN EN 15940
4.1
Overschakelen van gebruik met
zomerdiesel naar gebruik met
winterdiesel
ü Winterdiesel (koudebestendige brandstof) wordt getankt.
In het brandstofsysteem voor het verwarmingsapparaat be-
vinden zich echter in sommige gevallen nog resten van zo-
merdiesel.
u
Het verwarmingsapparaat ca. 15 minuten inschakelen
(brandstofsysteem is volledig met koudebestendige brand-
stof gevuld).
Brandstof | 4
5 / 12