Inhoudsopgave
Advertenties
Bedieningsniveau 3
Tijden oproepen
Insteltemperaturen oproepen
De tijden verschijnen door meerdere malen op de kraantoets te drukken.
De waarde in het display wordt samen met een afkorting getoond.
Dezelfde waarden voor de verschillende kringen kan men zien, door de toets 'dag temperatuur' (toets holle
zon) in te drukken.
DIS-
Bereik
PLAY
1
AO
1...99
2
MB
1...10 min
3
EZ
3...99 min
4
WN
1...10 min
5
PU
3...90
6
ML
1...10 min
7
PN
3...90 sec
Verklaring van de Tijden
1 Factor vervroeging schakeltijd:
20°C = 2°C. Vervroeging = 2°C x 5
3 In– en uit schakelcriterium voor de 2de brandertrap. Is het verschil (werkelijke keteltemperatuur tot de
ingestelde keteltemperatuur) groter dan de ingestelde minimum differentieel, wordt na het verstrijken van
deze tijd de tweede brandertrap gestart. Analoog wordt bij overschrijden van de ketel insteltemperatuur
en aflopen van deze tijd de tweede brandertrap uitgeschakeld
4 Nalooptijd van de boilerpomp na beëindiging van de boilerlading.
5 Deze factor bepaald de duur van een periode voor het in/uitschakelen van de ketelpomp, wen het takten
van deze pomp vrijgegeven is.Vb.: Een taktgetal van 16 geeft een duur van periode van ongeveer 6 min..
De pomp takt zolang de ingestelde keteltemperatuur boven de voorloopwaarde voor de glijdende kring ligt
6 Bij gebuik van een onderboiler wordt bij het overschrijden van de uitschakeltemperatuur minstens voor
deze tijd de boiler geladen.
12 De tweede brandertrap schakelt ook via tijdsturing enkel in wanneer het verschil van werkelijke keteltem
peratuur tot de ingestelde keteltemperatuur groter als deze waarde is.
13 Bij het uitschakelen van de brander draaien de pompen deze tijd na, om restwarmte af te voeren.
8
Werking-
Standaard-
Ketelkring 1
instelling
instelling
ULTRON
nr; 37= 0
min
min
Faktor vervroeging
5
/
5
/
°C
°C
schakeltijd
Min. Branderwerking tijd
-
1 min
Schakeltijd 2e trap
-
15 min
Nalooptijd boilerpomp
3 min
3 min
Taktgetal pompen
4
4
Min. Laadtijd onderboiler
7 min
7 min
Nalooptijd pompen
20 sec
20 sec
min
/
Vb.: (ingestelde ruimtetemp.— werkelijke ruimtetemp.) = (22°C—
°C.
min
/
= 10 min + factor, die uit de traagheid van het systeem komt.
°C
Derde bedieningsniveau
Tijden oproepen
Wijzigen van de waarden
Volgende tijden oproepen
Volgende verwarmingskring op-
roepen
Terugschakeling naar normaal
display
of automatisch na 60 sec.
ketelkring 2 ketelkring 3
Faktor vervroe-
Faktor vervroe-
ging schakel-
ging schakel-
tijd
tijd
Instelling bij werkingsmogelijkhe-
den Nr.37=1(ULTRON-functie)
worden de instelwaarden naar de
ULTRON functie verandert.
ketelkring 4
Faktor vervroe-
ging schakeltijd
Advertenties
Inhoudsopgave
